ECLI:NL:OGEAA:2017:286
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Civielrechtelijke procedure over huurachterstand en betalingsverplichtingen
In deze civiele procedure, aangespannen door de eiseres, die procedeert namens de erven van de nalatenschap van een overleden huurder, tegen de gedaagde, staat de huurachterstand centraal. De huurovereenkomst tussen de gedaagde en de overleden huurder dateert van 1 oktober 2009, met een maandelijkse huurprijs van Afl. 1.000,00. De Huurcommissie heeft op 27 augustus 2015 bepaald dat de gedaagde de huurachterstand uiterlijk op 31 december 2015 moet inlopen. Bij een deurwaardersexploot van 26 februari 2016 is de gedaagde gesommeerd om een bedrag van Afl. 10.467,00 te voldoen. De gedaagde heeft het gehuurde ontruimd en de sleutels op 5 januari 2016 overgedragen aan de eiseres.
De eiseres vordert in deze procedure betaling van Afl. 10.000,00, vermeerderd met incassokosten en wettelijke rente. De gedaagde voert verweer, maar het gerecht oordeelt dat de eiseres haar vordering voldoende heeft onderbouwd. De rechter stelt vast dat de gedaagde een huurachterstand heeft erkend van Afl. 7.200,00 en dat hij niet heeft aangetoond dat hij aan zijn betalingsverplichtingen heeft voldaan. De rechter wijst de gevorderde boete af, omdat de schuldeiser geen aanspraak kan maken op zowel de huurpenningen als de boete.
Uiteindelijk wordt de gedaagde veroordeeld tot betaling van Afl. 8.766,00 aan achterstallige huur, vermeerderd met wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten. De kosten van de procedure worden ook aan de gedaagde opgelegd. Dit vonnis is uitgesproken door mr. Y.M. Vanwersch op 19 april 2017.