ECLI:NL:OGEAA:2017:303

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
15 maart 2017
Publicatiedatum
4 mei 2017
Zaaknummer
A.R. 2869 van 2015 en 856 van 2016
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • W.J. Noordhuizen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verdeling van een onroerende nalatenschap tussen erfgenamen met betrekking tot een woning

In deze zaak, die diende voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, betreft het een geschil tussen erfgenamen over de verdeling van een onroerende nalatenschap. De eisers, bestaande uit meerdere erfgenamen, vorderen in conventie een bevel tot verdeling van een woning die onderdeel uitmaakt van de onverdeelde nalatenschap van de erflater. De woning is gelegen op een perceel domeingrond en is gebouwd op erfpacht. De gedaagden, waaronder de weduwe van de erflater, verzetten zich tegen de verdeling en hebben ook een vordering in reconventie ingesteld voor de afgifte van de sleutels van de woning.

De procedure omvatte verschillende conclusies van partijen en is uiteindelijk door de rechter beoordeeld. De rechter constateert dat er sprake is van een ontbonden maar onverdeelde huwelijksgoederengemeenschap en een onverdeelde nalatenschap. De belangen van de partijen zijn conflicterend, maar de rechter oordeelt dat de woning aan de eisers moet worden toebedeeld ter verkoop aan een kleindochter van de weduwe. De rechter wijst de vordering in reconventie af, omdat de gedaagden onvoldoende belang hebben bij hun verzoek.

De rechter benoemt een notaris voor de afhandeling van de verdeling en compenseert de proceskosten, zodat iedere partij zijn eigen kosten draagt. Dit vonnis is uitgesproken op 26 april 2017 door mr. W.J. Noordhuizen, en de uitspraak is uitvoerbaar bij voorraad.

Uitspraak

Vonnis van 15 maart 2017
Behorend bij A.R. 2869 van 2015 en 856 van 2016
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in de zaak van:
[Eiser 1],
[Eiseres 2],
[Eiser 3],
[Eiser 4],
[Eiser 5],
[Eiser 6],
[Eiser 7],
[Eiser 8],
te Aruba,
hierna ook te noemen: [Eisers],
gemachtigde: de advocaat mr. N.S. Gravenstijn,
tegen:
[Gedaagde sub a],
te Aruba,
hierna ook te noemen: [Gedaagde sub a],
procederend in persoon.
en
[Eiser 1],
[Eiseres 2],
[Eiser 3],
[Eiser 4],
[Eiser 5],
[Eiser 6],
[Eiser 7],
[Eiser 8],
te Aruba,
hierna ook te noemen: [Eisers],
gemachtigde: de advocaat mr. N.S. Gravenstijn,
tegen
[Gedaagde sub b]
te Aruba,
hierna ook te noemen: [Gedaagde sub b],
gemachtigde: [Gedaagde sub a].

1.DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de verzoekschriften;
- de conclusies van antwoord;
- de conclusies van repliek in conventie, tevens van antwoord in reconventie;
- de conclusies van dupliek in conventie, tevens van repliek in reconventie;
- de conclusies van dupliek in reconventie, tevens akte uitlating producties in conventie;
De zaak is daarna verwezen naar de rol voor vonnis.

2.DE VASTSTAANDE FEITEN IN CONVENTIE EN IN RECONVENTIE

2.1
Partijen zijn erfgenamen van [naam], verder: erflater. [gedaagde sub b] is eveneens diens weduwe.
2.2
Tot de onverdeelde nalatenschap behoort een onroerend goed, te weten een recht van erfpacht op een perceel domeingrond. Op de grond is een woning gebouwd.
2.3 [
[gedaagde sub b], inmiddels 87 jaar oud, heeft in de woning gewoond tot zij in 2004 in verband met gezondheidsklachten naar het […] (een “nursing home”) verhuisde.

3.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN (IN CONVENTIE EN IN RECONVENTIE

3.1 [
[Eisers] vorderen – samengevat - in de zaak A.R. 2869 van 2015 in conventie bevel tot verdeling van de woning, veroordeling van [Gedaagde sub a] tot meewerken aan de door [eisers] voorgestane verdeling met bepaling dat dit vonnis eventueel in de plaats van meewerken treedt, met nevenvorderingen. In de zaak A.R. 856 van 2016 vordert [eisers] hetzelfde maar dan ten aanzien van [gedaagde sub b].
3.2 [
[eisers] gronden de vordering erop dat de onroerende zaak onderdeel uitmaakt van de ontbonden maar onverdeelde huwelijksgoederengemeenschap van erflater en [gedaagde sub b] en overigens van de onverdeelde nalatenschap van erflater.
3.3 [
[Gedaagde sub a] voert hiertegen verweer.
3.4 [
[Gedaagde sub a] vordert in reconventie afgifte van een exemplaar van de sleutels van de woning.
3.5 [
[eisers] voeren tegen de vordering in reconventie verweer.

4.DE BEOORDELING IN CONVENTIE EN IN RECONVENTIE

4.1
Zoals in veel soortgelijke procedures die betrekking hebben op de verdeling van een nalatenschap spelen ook in de onderhavige zaak conflicterende belangen van familieleden een grote rol. Aan beide zijden stellen partijen zich daarbij op het standpunt dat zij ook het beste voor hebben met de meest kwetsbare familieleden. Een procedure als de onderhavige kan die geschillen niet oplossen.
4.2
Het gerecht kan slechts constateren dat sinds 21 maart 1998 sprake is van een ontbonden maar onverdeelde huwelijksgoederengemeenschap en onverdeelde nalatenschap. Verder kan het gerecht slechts constateren dat zowel [gedaagde sub b] als [eiser 7], die overigens als verzoeker procedeert, al geruime tijd niet meer in de woning wonen [1] . Dat het hen belet wordt om de woning, waaraan zij ongetwijfeld veel herinneringen hebben, te bezoeken als ze dat, binnen redelijke marges, willen is niet voldoende gebleken. De woning zal ook ‘in de familie’ blijven omdat die wordt verkocht aan een kleindochter van [gedaagde sub b].
4.3
Het gerecht zal daarom het gevorderde in conventie toewijzen. Bij toewijzing van het gevorderde in reconventie hebben [Gedaagde sub a] en [gedaagde sub b] onvoldoende belang.
4.4
Nu partijen familie van elkaar zijn zullen de proceskosten worden gecompenseerd zoals hierna vermeld.

5.DE UITSPRAAK

De rechter in dit gerecht:
in conventie
beveelt de verdeling van de woning als onderdeel van een onverdeelde gemeenschap aldus dat de woning wordt toebedeeld aan [eisers] ter verkoop en levering aan [kleindochter] voor een prijs van Afl. 75.000, en onder de bepaling dat de netto koopprijs door de notaris onder de gerechtigden in de ontbonden huwelijks gemeenschap en de nalatenschap naar rato van hun aandeel zal worden verdeeld;
veroordeelt [Gedaagde sub a] en [gedaagde sub b] tot medewerking aan de verdeling zoals hiervoor gelast;
bepaalt dat dit vonnis treedt in de plaats van de van [Gedaagde sub a] en/of [gedaagde sub b] te verlangen medewerking in geval zij daartoe niet op eerste verlangen van [eisers] overgaan;
benoemt notaris mr. Theodore Johnson tot boedelnotaris ten overstaan van wie de verdeling en afrekening zal plaatsvinden;
compenseert de proceskosten aldus dat iedere partij de eigen kosten draagt;
verklaart de veroordelingen in dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
wijst het meer of anders gevorderde af;
in reconventie
wijst het gevorderde af;
compenseert de proceskosten aldus dat iedere partij de eigen kosten draagt.
Dit vonnis is gewezen door mr. W.J. Noordhuizen, rechter in dit gerecht, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 26 april 2017 in aanwezigheid van de griffier.

Voetnoten

1.[eiser 7] zou inmiddels zijn overleden volgens [gedaagde sub a]. Nu van de kant van [eisers] daarover geen mededeling is gedaan kan dat niet worden geverifieerd.