ECLI:NL:OGEAA:2017:348
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M.E.B. de Haseth
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening ex artikel 54 Lar wegens gebrek aan spoedeisend belang
Op 8 mei 2017 heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba uitspraak gedaan in een zaak waarin verzoeker, vertegenwoordigd door gemachtigde M.L. Hassell, een voorlopige voorziening vroeg op basis van artikel 54 van de Landsverordening administratieve rechtspraak (Lar). Verzoeker had eerder op 2 oktober 2016 een verzoek ingediend bij de minister van Volksgezondheid, Ouderenzorg en Sport, maar ontving geen tijdige beslissing. Na bezwaar te hebben gemaakt tegen het uitblijven van een beslissing, vroeg verzoeker op 13 maart 2017 het gerecht om een voorlopige voorziening. De zitting vond plaats op 24 april 2017, waar beide partijen vertegenwoordigd waren door hun gemachtigden.
De rechter overwoog dat volgens artikel 9 van de Lar het uitblijven van een beschikking gelijkgesteld kan worden met een afwijzende beschikking. Verzoeker had geen spoedeisend belang aangetoond voor het treffen van de voorlopige voorziening, aangezien het verzoek enkel gericht was op het verkrijgen van een beschikking op het eerdere verzoek van 2 oktober 2016. De rechter concludeerde dat het verzoek om voorlopige voorziening niet kon worden toegewezen, omdat de behandeling van het bezwaar tegen de fictieve afwijzing van het verzoek kon worden afgewacht. De enkele verwijzing naar een eerdere uitspraak werd als onvoldoende beschouwd om spoedeisend belang aan te tonen.
Uiteindelijk werd het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen en werd er geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak werd gedaan door mr. M.E.B. de Haseth en uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.