Uitspraak
1.[eiseres 1],
[eiseres 2],
[eiser 3],
1.[gedaagde sub 1],
[gedaagde sub 2],
[gedaagde sub 3],
[gedaagde sub 4],
[gedaagde sub 5],
[gedaagde sub 6],
[gedaagde sub 7],
[gedaagde sub 8],
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze zaak, die diende voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, hebben eisers een kort geding aangespannen met het verzoek om machtiging tot verkoop van een perceel grond dat deel uitmaakt van een onverdeelde nalatenschap. De eisers, vertegenwoordigd door hun advocaten, vorderden onder andere de machtiging om een overeenkomst met een derde partij, [VBA], uit te voeren en de notariële akte tot levering van het perceel te ondertekenen. De gedaagden, die ook in de procedure betrokken waren, voerden verweer en stelden dat de eisers niet te goeder trouw handelden, aangezien het perceel eerder al was verkocht aan een andere partij, [Z]. Tijdens de zitting werd duidelijk dat de eisers niet in staat waren om hun vorderingen te onderbouwen, en dat er een gebrek aan spoedeisend belang was. Het Gerecht oordeelde dat de eisers eerst de kwestie met betrekking tot de eerdere verkoop aan [Z] moesten regelen voordat zij verdere stappen konden ondernemen. Uiteindelijk wees het Gerecht de vorderingen van de eisers af en veroordeelde hen in de proceskosten. Het vonnis werd uitgesproken op 17 mei 2017.