Uitspraak
PANADERIA Y PASTELERIA EL MOLINO,
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze zaak, die op 7 juni 2017 door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba is behandeld, heeft eiseres, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. H.F. Falconi, een kort geding aangespannen tegen de naamloze vennootschap PANADERIA EL MOLINO N.V., hierna te noemen El Molino, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. J.E. Thijsen. Eiseres vorderde onder andere betaling van achterstallig loon en weder te werkstelling na een ontslag op staande voet door El Molino op 19 november 2016. Eiseres betwistte de rechtmatigheid van het ontslag en stelde dat zij niet de dringende reden had gegeven die El Molino aanvoerde. Het Gerecht oordeelde dat El Molino niet aannemelijk had gemaakt dat eiseres al acht jaar hamburgers maakte, zoals zij stelde, en dat het maken van hamburgers geen redelijke opdracht was voor een schoonmaakster. Het Gerecht concludeerde dat eiseres op goede gronden de nietigheid van het ontslag had ingeroepen en dat haar vorderingen zouden worden toegewezen. Het vonnis bevatte ook bepalingen over dwangsommen en de kosten van de procedure. De uitspraak werd gedaan door mr. A.H.M. van de Leur en is openbaar uitgesproken op 7 juni 2017.