Uitspraak
[Eiseres 1],
[Eiseres 2],
[Eiseres 3],
[Eiseres 4],
[Eiseres 5],
[Eiseres 6],
[Eiseres 7],
[Eiseres 8],
[Eiseres 9],
[Eiseres 10],
[Gedaagde 1],
[Gedaagde 2],
[Gedaagde 3]
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze zaak, die werd behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, betreft het een vordering tot verdeling van een nalatenschap en de ontruiming van onroerend goed. De eisers, gezamenlijk aangeduid als [Eiseres 1] c.s., hebben na een vermindering van eis verzocht om een vonnis dat de verdeling van de nalatenschap van hun wijlen moeder regelt, evenals de ontruiming van de woning die deel uitmaakt van deze nalatenschap. De gedaagden, aangeduid als [Gedaagde 1] c.s., hebben in hun conclusies van antwoord geen verweer gevoerd, behalve met betrekking tot de proceskosten.
Het Gerecht heeft vastgesteld dat de vorderingen van de eisers tot verdeling van de nalatenschap en de ontruiming van het onroerend goed niet onrechtmatig of ongegrond zijn. Het vonnis bepaalt dat de woning moet worden verkocht en dat de netto-opbrengst gelijkelijk verdeeld moet worden tussen de partijen. Tevens is bepaald dat [Gedaagde 1] de woning moet ontruimen binnen twee maanden na de verkoop.
De proceskosten worden gecompenseerd, wat betekent dat elke partij zijn eigen kosten draagt. Het vonnis is uitgesproken op 18 januari 2017 door mr. A.H.M. van de Leur, rechter, in aanwezigheid van de griffier.