ECLI:NL:OGEAA:2017:636
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A.H.M. van de Leur
- Rechtspraak.nl
Ontbinding huurovereenkomst afgewezen na intrekking vordering
In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft eiseres een verzoek ingediend tot ontbinding van een huurovereenkomst. De procedure is gestart met een tussenvonnis op 5 april 2017, waarna een comparitie van partijen heeft plaatsgevonden op 12 mei 2017. Eiseres, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. A.F.J. Caster, heeft haar vordering tot ontruiming ter zitting ingetrokken. Gedaagde, die in persoon verscheen, heeft verweer gevoerd tegen de vorderingen van eiseres.
Het Gerecht heeft in zijn beoordeling de eerdere overwegingen uit het tussenvonnis herbevestigd. Eiseres heeft verklaard dat gedaagde niet langer achterstallig is met haar huurbetalingsverplichtingen. Dit, in combinatie met het feit dat eiseres om persoonlijke redenen heeft besloten om geen gebruik te maken van de executoriale titel die haar was verleend, heeft geleid tot de conclusie dat er geen grond is voor de verzochte ontbinding van de huurovereenkomst. De vordering van eiseres is dan ook afgewezen.
Daarnaast is de vordering onder c. afgewezen wegens gebrek aan voldoende belang, aangezien gedaagde niet achterstallig is met haar huurbetalingsverplichtingen. Eiseres, als in het ongelijk gestelde partij, is veroordeeld in de kosten van de procedure, die zijn begroot op nihil omdat gedaagde geen professionele rechtsbijstand heeft gehad. Ten slotte is overwogen dat indien eiseres het vonnis in kort geding niet ten uitvoer heeft gelegd, dit niet meer mogelijk is, aangezien gedaagde de woning huurt op basis van een rechtsgeldige titel.
Het vonnis is uitgesproken op 23 augustus 2017 door mr. A.H.M. van de Leur, rechter, in aanwezigheid van de griffier.