In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 18 september 2017 uitspraak gedaan in een klaagschrift van klager tegen de beschikking van de aangewezen ambtenaar, die op 27 juli 2017 het verzoek van klager om afgifte van een verklaring omtrent het gedrag had afgewezen. Klager, die in persoon procedeerde, had de verklaring nodig voor zijn aanvraag voor een vervoersvergunning als hulp taxichauffeur. De ambtenaar had de afgifte geweigerd op basis van bezwaren tegen klager, die voortvloeiden uit zijn strafblad, waarin meerdere veroordelingen voor rijden onder invloed en openbare dronkenschap stonden vermeld.
Het gerecht heeft de zaak behandeld in raadkamer op 21 augustus 2017, waarbij zowel klager als de ambtenaar aanwezig waren. De rechter overwoog dat, volgens de Landsverordening justitiële documentatie en op de verklaringen omtrent het gedrag (Lv VOG), een verklaring omtrent het gedrag alleen kan worden afgegeven als er geen bezwaren tegen de betrokkene zijn. Gezien de aard en ernst van de strafbare feiten van klager, oordeelde het gerecht dat de ambtenaar terecht had geweigerd de verklaring af te geven. Klager had betoogd dat de ambtenaar niet duidelijk had gemaakt welke feiten als bezwaren golden en dat hij geen alcohol nuttigde tijdens het rijden. Het gerecht oordeelde echter dat het alcoholgebruik van klager, met name het rijden onder invloed, een risico vormde voor de functie van taxichauffeur.
De rechter verklaarde de klacht van klager ongegrond en benadrukte dat de ambtenaar op goede gronden had gehandeld. Tegen deze beschikking staat geen hoger beroep open, zoals bepaald in artikel 28, derde lid, van de Lv VOG.