ECLI:NL:OGEAA:2017:832

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
18 mei 2017
Publicatiedatum
24 oktober 2017
Zaaknummer
2207 van 2017
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • M.J.L. Yarzagaray
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor het niet bij zich hebben van een rijbewijs en vrijspraak voor andere verkeersdelicten

In de zaak tegen de verdachte, geboren in 1966 en wonende in Aruba, heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 18 mei 2017 uitspraak gedaan. De verdachte werd beschuldigd van het rijden zonder geldig rijbewijs, het rijden zonder stoplichten en het niet dragen van een autogordel. De officier van justitie, mr. W.V. Gerretschen, eiste een geldboete van honderd florin voor het eerste feit, vijftig florin voor het tweede feit en tweehonderd florin voor het derde feit, met vervangende hechtenis bij niet-betaling.

Het gerecht heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat er geen redenen waren voor schorsing van de vervolging. Na het horen van de verdachte en het onderzoek van de bewijsmiddelen, kwam het gerecht tot de conclusie dat de verdachte niet bewezen kon worden dat hij zonder stoplichten had gereden en dat hij geen autogordel droeg. De tenlastelegging voor deze feiten was onvoldoende onderbouwd.

Wel werd bewezen dat de verdachte op 31 januari 2015 in Aruba als bestuurder van een Chevrolet Silverado had gereden zonder een geldig rijbewijs bij zich te hebben. De verdachte had zijn rijbewijs verloren en kon dit niet tonen aan de politie. Het gerecht oordeelde dat de verdachte strafbaar was voor het niet bij zich hebben van een rijbewijs en legde een geldboete op van vijftig florin, subsidiair één dag hechtenis. De uitspraak werd gedaan door rechter M.J.L. Yarzagaray en is openbaar uitgesproken op dezelfde dag.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
S T R A F V O N N I S
in de zaak tegen de verdachte:
[verdachte]
geboren op [geboortedatum] 1966 in [geboorteplaats],
wonende in Aruba aan de [woonplaats].

1.Onderzoek van de zaak

Het onderzoek ter openbare terechtzitting heeft plaatsgevonden op 18 mei 2017. De verdachte is in persoon verschenen.
De officier van justitie, mr. W.V. Gerretschen, heeft ter terechtzitting gevorderd de verdachte te veroordelen:
  • ter zake van feit 1, tot een geldboete van
  • ter zake van feit 2, tot een geldboete van
  • ter zake van feit 3, tot een geldboete van
De verdachte heeft het woord gevoerd.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is tenlastegelegd:
1. dat verdachte op of omstreeks 31 januari 2015 in Aruba op de voor het verkeer openstaande weg, de naamloze weg leidende door Tanki Flip, ter hoogte van Elunid, als bestuurder/ster van een motorvoertuig (pick-up), van het merk Chevrolet, model Silverado, bruin van kleur, gekentekend [kenteken], heeft gereden zonder dat genoemd motorvoertuig en/of oplegger en/of aanhangwagen aan de achterzijde voorzien was van twee stoplichten als bedoeld in artikel 13 lid 1 Landsbesluit voorschriften voertuigen;
2. dat verdachte als ingezetene van Aruba, op of omstreeks 31 januari 2015 in Aruba, als bestuurder/ster van een vierwielig motorvoertuig (pick-up), van het merk Chevrolet, model Silverado, bruin van kleur, gekentekend [kenteken], daarmee heeft gereden over de voor het openbaar verkeer openstaande weg, de naamloze weg leidende door Tanki Flip, ter hoogte van Elunid te, zonder dat verdachte toen bij zich heeft gehad een ten name van verdachte gesteld door de Minister van Justitie afgegeven geldig rijbewijs voor het besturen van een motorvoertuig van de aard als waarmee toen daar gereden werd;
3. dat verdachte op of omstreeks 31 januari 2015 in Aruba, als bestuurder/ster of inzittende, naast de bestuurder/ster gezeten, van een vierwielig motorvoertuig (pick-up), van het merk Chevrolet, model Silverado, bruin van kleur, gekentekend [kenteken], op de rijbaan van de voor het verkeer openstaande weg, de naamloze weg leidende door Tanki Flip, ter hoogte van Elunid, heeft gereden, zonder dat verdachte gebruik maakte van een autogordel;

3.Voorvragen

Geldigheid van de dagvaarding
Bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de dagvaarding aan alle wettelijke vereisten voldoet en dus geldig is.
Bevoegdheid van het gerecht
Krachtens de wettelijke bepalingen is het gerecht bevoegd van het tenlastegelegde kennis te nemen.
Ontvankelijkheid van de officier van justitie
Bij het onderzoek ter terechtzitting zijn geen feiten of omstandigheden gebleken die aan de ontvankelijkheid van de officier van justitie in de weg staan.
Redenen voor schorsing van de vervolging
Bij het onderzoek ter terechtzitting zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging gebleken.

4.Bewijsbeslissingen

A.
Vrijspraak
Het gerecht heeft uit het onderzoek op de terechtzitting door de inhoud van wettige bewijsmiddelen niet de overtuiging bekomen dat de verdachte het onder 1 en 3 tenlastegelegde heeft begaan en zal de verdachte daarvan vrijspreken.
Ter toelichting dient het volgende.
Met betrekking tot feit 1 is het gerecht van oordeel dat de tenlastelegging onvoldoende is omschreven en enkel vermeld dat het motorvoertuig niet was voorzien van twee stoplichten. Uit het proces-verbaal van de politie en het verhandelde ter terechtzitting blijkt dat het linker stoplicht niet werd ontstoken zodra de bedrijfsrem in werking werd gesteld. Het motorvoertuig was dus wel voorzien van twee stoplichten, maar enkel 1 stoplicht trad niet in werking bij het remmen.
Met betrekking tot feit 3 relateert de verbalisant in zijn proces-verbaal dat hij, nadat hij van verdachte zijn geldig rijbewijs had gevorderd, zag dat verdachte geen gebruik maakte van zijn autogordel. Verdachte reed op dat moment niet en verklaart zelf dat hij zijn gordel had uitgedaan.
Uit het voorgaande concludeert het gerecht dat niet bewezen kan worden dat verdachte met een motorvoertuig op een rijbaan van de voor het verkeer openstaande weg heeft gereden zonder gebruik te maken van een autogordel.
B. Bewijsoverwegingen
Verdachte bekent dat hij zijn rijbewijs had verloren toen hij gestopt werd door de politie. Het feit dat verdachte zijn rijbewijs heeft verloren betekent ook dat hij zijn rijbewijs niet bij zich had en deze ook niet kon tonen.
Bewezenverklaring
Het gerecht heeft uit het onderzoek op de terechtzitting door de inhoud van wettige bewijsmiddelen de overtuiging bekomen dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat het bewezen acht:
2. dat verdachte als ingezetene van Aruba, op
of omstreeks31 januari 2015 in Aruba, als bestuurder
/stervan een vierwielig motorvoertuig (pick-up), van het merk Chevrolet, model Silverado, bruin van kleur, gekentekend [kenteken], daarmee heeft gereden over de voor het openbaar verkeer openstaande weg, de naamloze weg leidende door Tanki Flip, ter hoogte van Elunid te, zonder dat verdachte toen bij zich heeft gehad een ten name van verdachte gesteld door de Minister van Justitie afgegeven geldig rijbewijs voor het besturen van een motorvoertuig van de aard als waarmee toen daar gereden werd;
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd, zoals doorgestreept in de tekst, is niet bewezen, zodat de verdachte hiervan zal worden vrijgesproken.

5.Bewijsmiddelen

De overtuiging dat de verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan, is gegrond op de feiten en omstandigheden die in de volgende bewijsmiddelen zijn vervat en die reden geven tot de bewezenverklaring:
1. de ter terechtzitting van 18 mei 2017 afgelegde verklaring van de verdachte, voor zover inhoudende - verkort en zakelijk weergegeven -:
“Ik kon inderdaad mijn rijbewijs op dat moment niet tonen aan de politie. Ik had mijn rijbewijs verloren.”
2. het ambtsedige proces-verbaal van het Korps Politie Aruba, mutatienummer: 323063 opgemaakt en op 11 februari 2015 gesloten en ondertekend door de verbalisant [verbalisant 1], agent bij voormeld Korps
zakelijk weergegeven -:
“Op 31 januari 2015, zag ik, dat de bestuurder van een vierwielig motorvoertuig (pick-up), een bruingelakte Chevrolet Silverado, voorzien van het kenteken [kenteken], daarmee reed over de voor het verkeer openstaande weg, de naamloze weg leidende door Tanki Flip, ter hoogte van “Elunid” te Tanki Flip, op Aruba. Ter controle op de naleving gaf ik, de bestuurder een stopteken zoals bedoeld in artikel 3 van het Landsbesluit verkeersregels. Ik vorderde van de bestuurder mij, zijn geldig rijbewijs voor het besturen van een vierwielig motorrijtuig als waarmede hij reed, behoorlijk ter inzage af te geven. Aan deze vordering werd niet voldaan.
Bij controle bij de Afdeling Bureau Rijbewijzen bleek dat de verdachte op Aruba een rijbewijs heeft gekregen van categorie B en E. Als bijlage is aan dit proces-verbaal toegevoegd: een formulier naams- en rijbewijscontrole.
Bijlage: Aanvraag controle rijbewijs.
Naam: [verdachte]
Voornamen: [verdachte]
Geboren op: [verdachte]
Datum rijbewijs: 8 juli 2011 tot en met 8 juli 2016.
Categorie: B en E.

6.Kwalificatie en strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
“Handelen in strijd met artikel 21 van de Landsverordening wegverkeer.”.
Het bewezenverklaarde is strafbaar, nu geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid ervan opheffen of uitsluiten.

7.Strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is strafbaar nu geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die zijn strafbaarheid opheffen of uitsluiten.

8.Oplegging van straf of maatregel

Gelet op de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, op de omstandigheden waaronder de verdachte zich daaraan schuldig heeft gemaakt en op de persoon van de verdachte, zoals van één en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, acht het gerecht na te noemen beslissing passend. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft als bestuurder van een motorvoertuig deelgenomen aan het verkeer terwijl hij op dat moment zijn rijbewijs niet bij zich had. Verdachte werd door een politiepatrouille gestopt en kon toen hem hiernaar werd gevraagd, deze niet behoorlijk ter inzage gegeven.
De rechter komt tot het oordeel dat een straf zoals hierna te melden dient te worden opgelegd, omdat de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde door een lichtere strafrechtelijke afdoening van de zaak miskend zou worden. Verdachte en de verkeersveiligheid zijn beter gebaad bij een straf zoals hierna te melden

9.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf is mede gegrond op de artikel 1:54 van het Wetboek van Strafrecht.

10.Beslissing

Het gerecht:
verklaart niet bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde zoals in rubriek 4A omschreven heeft begaan en spreekt verdachte daarvan vrij;
verklaart bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde feit zoals hierboven bewezen geacht heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders is tenlastegelegd en spreekt verdachte daarvan vrij;
verklaart het bewezenverklaarde strafbaar en de verdachte hiervoor strafbaar;
kwalificeert het bewezenverklaarde als hierboven omschreven;
- veroordeelt de verdachte tot een geldboete van
VIJFTIG (50,=) FLORIN, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van
ÉÉN (1) DAG;
Dit vonnis is gewezen door de rechter mr. M.J.L. Yarzagaray en uitgesproken ter openbare terechtzitting van dit gerecht op 18 mei 2017, in tegenwoordigheid van de griffier.