In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, is op 31 oktober 2017 een beschikking gegeven in het kader van een verzoek tot ondercuratelestelling van de [gerekestreerde]. De verzoekster, [verzoekster], heeft verzocht om haar moeder, [gerekestreerde], onder curatele te stellen, met benoeming van haarzelf of [een voorgestelde curator] als curator. Dit verzoek is ingediend op 25 april 2017 en is behandeld tijdens een zitting op 27 juni 2017, waar zowel de verzoekster als de [gerekestreerde] en andere belanghebbenden aanwezig waren.
De verzoekster heeft aangevoerd dat [gerekestreerde] lijdt aan een geestelijke stoornis, waardoor zij niet in staat zou zijn om haar eigen belangen te behartigen. Echter, de rechter heeft vastgesteld dat er geen doktersverklaring is overgelegd die deze claim ondersteunt. Hierdoor is onvoldoende aangetoond dat [gerekestreerde] daadwerkelijk niet in staat is om haar belangen te behartigen. De rechter heeft daarom het verzoek tot ondercuratelestelling afgewezen.
Wel heeft de rechter de verzoekster toestemming verleend om kosteloos te procederen, op basis van het overgelegde bewijs van onvermogen. De beschikking is gegeven door mr. W.J. Noordhuizen, rechter in dit gerecht, ter terechtzitting van dinsdag 31 oktober 2017, in tegenwoordigheid van de griffier.