Uitspraak
1.DEVERDERE PROCEDURE
2.DE VERDERE BEOORDELING
tegenbewijsbij te brengen van de voorshands aangenomen stelling dat de koopprijs van het door [gedaagde] van [eiseres] gekochte onroerend goed te [plaats] te [land] ad
USD 248.500,00 bedroeg.
‘Ik trad reeds geruime tijd op voor [gedaagde] en zijn bedrijven. […] Bij de onderhavige zaak was ook mijn kantoorgenoot [getuige 4] betrokken. Eind 2013 begin 2014 waren wij betrokken bij de mogelijke aankoop van een groot terrein in [plaats] tegenover de kerk. [gedaagde] wilde daar een mall ontwikkelen. […] Tijdens deze gesprekken vertelde [getuige 4] dat ons kantoor een dame vertegenwoordigde die een groot terrein in [land] wilde verkopen. [getuige 4] kwam terug op kantoor en vertelde mij dat [gedaagde] interesse had. Hierop zei ik dat nu als eerste een taxatierapport moest worden gemaakt van dit terrein. […] Op een gegeven moment kwam dit taxatierapport, waaruit bleek dat de waarde werd begroot op USD 248.000,00. Ik heb de prijs verhoogd tot USD 248.500,00, zodat [gedaagde] niet onder de taxatiewaarde zou kopen. [getuige 4] heeft het taxatierapport naar [gedaagde] gebracht en met hem hierover gesproken. [getuige 4] kwam terug op kantoor na het gesprek met [gedaagde] en vertelde dat [gedaagde] de prijs had aanvaard. […] Een paar weken later kreeg ik de opdracht om een koopovereenkomst op te stellen. Op verzoek van [eiseres] is de koopprijs gesplitst in een bedrag ad USD 80.000,00 dat zij in Aruba wenste te ontvangen en een bedrag ad USD 168.500,00 dat zij elders wenste te ontvangen. Ik heb dit met [gedaagde] besproken en hij vond het prima dat de betaling op deze wijze zou plaats vinden. [gedaagde] wist dat de koopsom USD 248.500 bedroeg omdat hij het taxatierapport kende. Het bevreemd mij dat hij nu beweert dat de koopsom USD 168.500 is. [...]