ECLI:NL:OGEAA:2017:962
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- W.J. Noordhuizen
- Rechtspraak.nl
Vordering tot schadevergoeding wegens reparatie en gederfde huurinkomsten na huurperiode
In deze zaak, die voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba is behandeld, heeft eiseres, een eigenaresse van een woonhuis in Aruba, gedaagde, een huurder wonende in Nederland, aangeklaagd voor schadevergoeding. De eiseres had haar woning voor drie jaar verhuurd aan gedaagde, maar vlak voor het einde van de huurperiode werd schade aan de binnenkant van de voor- en achterdeur geconstateerd. Eiseres vorderde een schadevergoeding van Afl. 26.100,-, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 18 februari 2016, en stelde dat gedaagde toerekenbaar was voor de schade die voortvloeide uit de huurovereenkomst.
Gedaagde heeft de vordering betwist en verzocht om eiseres te veroordelen in de proceskosten. Het Gerecht heeft de procedure gevolgd, waarbij eiseres haar vordering heeft onderbouwd, maar gedaagde heeft gemotiveerd betwist dat de schade aan hem toerekenbaar was. Eiseres heeft het verweer van gedaagde niet weersproken, wat leidde tot de conclusie dat de vordering van eiseres niet kon worden vastgesteld.
In de uitspraak van 29 november 2017 heeft het Gerecht de vordering van eiseres afgewezen en haar veroordeeld in de proceskosten van gedaagde, die tot de datum van uitspraak zijn begroot op Afl. 1.000,- aan gemachtigdensalaris. De veroordelingen in het vonnis zijn uitvoerbaar bij voorraad verklaard.