ECLI:NL:OGEAA:2018:121
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van bezwaar tegen beschikking sociale bijstand
In deze zaak gaat het om de niet-ontvankelijkheid van een bezwaar dat appellant heeft ingediend tegen een beschikking van de Directie Sociale Zaken. De primaire beschikking, gedateerd op 22 december 2016, kende appellant een bijstandsbedrag toe van Afl. 245,- per maand, met ingang van augustus 2016. Appellant heeft op 1 maart 2017 bezwaar gemaakt tegen deze beschikking, maar de directeur van de Directie Sociale Zaken heeft dit bezwaar op 17 juli 2017 niet-ontvankelijk verklaard. Appellant heeft vervolgens beroep ingesteld bij het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba.
De rechter overweegt dat de bezwaartermijn van zes weken, zoals vastgelegd in artikel 11 van de Landsverordening administratieve rechtspraak (Lar), is ingegaan op de dag na de dagtekening van de beschikking, dus op 23 december 2016. De termijn eindigde op 2 februari 2017. Appellant heeft echter pas op 1 maart 2017 bezwaar gemaakt, wat buiten de gestelde termijn valt. Appellant betoogt dat hij verkeerd is ingelicht door de Directie Sociale Zaken, maar de rechter oordeelt dat de primaire beschikking een duidelijke bezwaarclausule bevatte die appellant op de termijn wees.
De rechter concludeert dat er geen verschoonbare redenen zijn gegeven voor de termijnoverschrijding en dat het bezwaar terecht niet-ontvankelijk is verklaard. Het beroep van appellant wordt ongegrond verklaard. De uitspraak is gedaan op 12 maart 2018 door rechter E.M.D. Angela, en tegen deze uitspraak staat hoger beroep open bij het Hof, dat binnen zes weken na dagtekening van de beslissing moet worden ingesteld.