Uitspraak
1.DE PROCEDURE
2.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN
3.DE VERDERE BEOORDELING
er” en “
feiten”: “geen”. Met die verbetering of aanpassing volhardt het Gerecht in zijn in het tussenvonnis neergelegde overwegingen en beslissingen.
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Op 10 januari 2018 heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba uitspraak gedaan in de civiele zaak tussen de naamloze vennootschap Citizens Insurance (Netherlands Antilles & Aruba Assurance Company (NA & A) N.V.) als eiseres en een gedaagde die in persoon procedeerde. De procedure volgde op een tussenvonnis van 25 oktober 2017, waarin een comparitie van partijen was gelast. Tijdens de comparitie op 24 november 2017 was de gedaagde niet verschenen, terwijl de eiseres vertegenwoordigd was door haar gemachtigde en een gevolmachtigde. De eiseres vorderde betaling van Afl. 13.161,25, vermeerderd met wettelijke rente en een vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten, alsook de proceskosten. De gedaagde voerde verweer, maar dit werd niet verder onderbouwd tijdens de zitting.
In de verdere beoordeling heeft het Gerecht vastgesteld dat het beroep van de gedaagde op verjaring niet slaagde, omdat de gedaagde niet ter zitting was verschenen om dit verweer te onderbouwen. Het Gerecht heeft de vordering van de eiseres toegewezen, inclusief de wettelijke rente en een vergoeding voor buitengerechtelijke kosten, die werd vastgesteld op Afl. 1.500,--. De gedaagde werd ook veroordeeld in de proceskosten, die in totaal op Afl. 2.949,90 werden begroot. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de gedaagde onmiddellijk aan de uitspraak moest voldoen, ongeacht eventuele hoger beroep procedures.