ECLI:NL:OGEAA:2018:152

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
21 februari 2018
Publicatiedatum
28 maart 2018
Zaaknummer
B.B. nr. 1861 van 2017 / AUA201702208
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • A.H.M. van de Leur
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Betaling vordering waterleveringsovereenkomst tussen Water- en Energiebedrijf Aruba N.V. en gedaagde

In deze civiele zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, vorderde de naamloze vennootschap Water- en Energiebedrijf Aruba (W.E.B.) N.V. betaling van Afl. 5.470,30 van de gedaagde, vermeerderd met wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten. De procedure begon met een tussenvonnis op 6 december 2017, waarna een comparitie van partijen plaatsvond op 9 januari 2018. Tijdens deze zitting heeft de gedaagde, bijgestaan door zijn advocaat, verweer gevoerd tegen de vordering van W.E.B. De gedaagde stelde dat hij de waterleveringsovereenkomst in 1999 had opgezegd, waardoor hij niet meer gehouden zou zijn tot betaling. W.E.B. bestreed deze stelling en voerde aan dat de gedaagde geen bewijs had geleverd voor zijn bewering.

Het Gerecht oordeelde dat de vordering van W.E.B. onvoldoende was bestreden door de gedaagde, die geen bewijs had aangeboden. De rechter volgde de eerdere overwegingen uit het tussenvonnis en besloot de vordering van W.E.B. toe te wijzen. De wettelijke rente en de vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten werden eveneens toegewezen, aangezien deze niet waren betwist. De gedaagde werd veroordeeld in de proceskosten, die door het Gerecht werden begroot op Afl. 1.100,--. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders verzochte werd afgewezen. Dit vonnis is uitgesproken op 21 februari 2018 door mr. A.H.M. van de Leur in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

Vonnis van 21 februari 2018
Behorend bij B.B. nr. 1861 van 2017 / AUA201702208
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in de zaak van:
de naamloze vennootschap
WATER- EN ENERGIEBEDRIJF ARUBA (W.E.B.) N.V.,
gevestigd in Aruba,
EISERES,
hierna ook te noemen: WEB,
gemachtigde: de advocaat mr. M.D. Tromp,
tegen:
Gedaagde,
wonende in Aruba,
GEDAAGDE,
hierna ook te noemen: [gedaagde],
gemachtigde: de advocaat mr. P.M.E. Mohamed.

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure tot 6 december 2017 blijkt uit het tussenvonnis van dit Gerecht van die datum. De bij dat vonnis gelaste comparitie van partijen na antwoord heeft plaatsgevonden op 9 januari 2018. Het WEB is toen verschenen bij mr. A.E. Barrios, die occupeerde voor haar gemachtigde. [gedaagde] is samen met zijn gemachtigde ter zitting verschenen. Partijen hebben over en weer het woord gevoerd, het WEB mede op grond van toegelaten nadere producties, en hebben gereageerd of kunnen reageren op elkaars stellingen.
1.2
Vonnis is bepaald op heden.

2.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

2.1
Het WEB vordert dat het Gerecht bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren betalingsbevel [gedaagde] beveelt om aan het WEB te betalen Afl. 5.470,30, te vermeerderen met wettelijke rente gerekend vanaf 12 oktober 2016 en met Afl. 850,-- aan overeengekomen vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten, kosten rechtens.
2.2 [
gedaagde] voert verweer en concludeert tot afwijzing van het door het WEB verzochte, kosten rechtens.
2.3
Voor zover van belang voor de beslissing zullen de stellingen van partijen hierna worden besproken.

3.DE VERDERE BEOORDELING

3.1
Het Gerecht volhardt in zijn in het tussenvonnis neergelegde overwegingen en beslissingen. Onder verwijzing naar rechtsoverwegingen 2.6 en 2.7 van het tussenvonnis wordt het volgende verder overwogen.
3.2 [
gedaagde] stelt dat hij op enig moment in 1999 de tussen hem en het WEB gesloten waterleveringsovereenkomst met betrekking tot het adres heeft opgezegd (en dat hij daarom niet is gehouden tot betaling van na die opzegging aan dat adres geleverd water). Het WEB heeft die bevrijdende stelling gemotiveerd bestreden, waardoor die niet vast staat. Die stelling komt in deze procedure ook niet vast te staan, omdat [gedaagde] geen bewijslevering heeft verzocht of aangeboden. Dat brengt mee dat de vordering van het WEB, als zijnde onvoldoende bestreden, zal worden toegewezen als na te melden. Er zijn geen overige feiten of omstandigheden gesteld door [gedaagde] die een ander oordeel kunnen dragen.
3.3
De door het WEB over de hoofdsom gevorderde wettelijke zal, als zijnde niet bestreden, eveneens worden toegewezen als na te melden.
3.4
De door het WEB gevorderde vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten zal, als zijnde evenmin bestreden, worden toegewezen met inachtneming van de te dezen relevante bepalingen van het Procesreglement (1,5 punt van tarief 3 van het liquidatietarief; ad Afl. 500,-- per punt). Genoegzaam gebleken is immers dat er in dit dossier meer buitengerechtelijke werkzaamheden zijn verricht dan die als bedoeld in artikel 63a Rv.
3.5 [
gedaagde] zal, als zijnde de in het ongelijk gestelde partij, worden veroordeeld in de kosten van deze procedure gevallen aan de zijde van het WEB, tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 100,-- aan verschotten en Afl. 1.000,-- aan salaris voor de gemachtigde (2 punten van tarief 3 van het liquidatietarief).

4.DE UITSPRAAK

Het Gerecht:
-beveelt [gedaagde] om aan het WEB te betalen Afl. 5.470,30, te vermeerderen met (1) wettelijke rente gerekend vanaf 12 oktober 2016 tot aan de dag der algehele voldoening en (2) met Afl. 750,-- aan forfaitair vastgestelde vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten;
-veroordeelt [gedaagde] in de kosten van deze procedure gevallen aan de zijde van het WEB, tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 100,-- aan verschotten en Afl. 1.000,-- aan salaris voor de gemachtigde;
-verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
-wijst af het meer of anders verzochte.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.H.M. van de Leur, rechter, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 21 februari 2018 in aanwezigheid van de griffier.