ECLI:NL:OGEAA:2018:153
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A.H.M. van de Leur
- Rechtspraak.nl
Ontruiming van woonhuis in kort geding met betrekking tot huurovereenkomst en spoedeisend belang
In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft eiser, vertegenwoordigd door zijn advocaat mr. H.G. Figaroa, een kort geding aangespannen tegen gedaagde, die in persoon procedeerde. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 30 november 2017 werd ingediend, gevolgd door een mondelinge behandeling op 1 februari 2018. Eiser verzocht om ontruiming van de woning, die gedaagde bewoonde, en stelde dat er geen huurovereenkomst bestond die gedaagde het recht gaf om daar te blijven. Gedaagde voerde aan dat er een afspraak was gemaakt dat zij tot april of mei 2018 in de woning mocht blijven wonen, maar deze stelling werd door eiser betwist.
Het Gerecht oordeelde dat er geen bewijs was voor een huurovereenkomst en dat gedaagde zonder recht of titel gebruik maakte van de woning. Gezien het spoedeisend belang van eiser, werd de vordering tot ontruiming toegewezen. Gedaagde kreeg de tijd om de woning binnen twee maanden na betekening van het vonnis te ontruimen. Tevens werd er een dwangsom opgelegd voor het geval gedaagde niet aan het vonnis voldeed. De proceskosten werden aan gedaagde opgelegd, aangezien zij in het ongelijk was gesteld. Het vonnis werd uitgesproken op 21 februari 2018 door rechter mr. A.H.M. van de Leur.