ECLI:NL:OGEAA:2018:172

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
4 april 2018
Publicatiedatum
9 april 2018
Zaaknummer
A.R. 2093 van 2017 / AUA201702488
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • M.E.B. de Haseth
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling wegens niet-levering van een auto besteld in het buitenland

In deze civiele zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft eiser een vordering ingesteld tegen gedaagde wegens het niet leveren van een auto die gedaagde in het buitenland zou bestellen. Eiser heeft gedaagde hiervoor een bedrag van Afl. 10.000,- betaald, maar gedaagde heeft de auto niet geleverd en het betaalde bedrag ook niet terugbetaald. De procedure begon met een tussenvonnis op 7 februari 2018, waarna een comparitie van partijen plaatsvond op 21 februari 2018, waarbij gedaagde niet aanwezig was.

Gedaagde heeft erkend dat hij het bedrag van Afl. 10.000,- aan eiser verschuldigd is en heeft aangegeven een betalingsregeling te willen treffen. Ondanks deze erkenning is gedaagde niet verschenen op de comparitie, wat de rechter ertoe bracht om de vordering toewijsbaar te verklaren. De rechter heeft geoordeeld dat gedaagde in de proceskosten moet worden veroordeeld.

In de uitspraak van 4 april 2018 heeft het gerecht gedaagde veroordeeld tot betaling van Afl. 10.000,- aan eiser, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 21 april 2017. Daarnaast is gedaagde veroordeeld in de kosten van de procedure, die zijn begroot op Afl. 450,- aan griffierecht, Afl. 401,69 aan explootkosten en Afl. 1.000,- aan salaris van de gemachtigde. De rechter heeft de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat eiser het vonnis kan laten uitvoeren, ook als gedaagde in beroep gaat.

Uitspraak

Vonnis van 4 april 2018
Behorend bij A.R. 2093 van 2017 / AUA201702488
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in de zaak van:
[EISER],
te Aruba,
hierna te noemen [eiser],
gemachtigde: de advocaat mr. D.G. Kock,
tegen:
[GEDAAGDE],
te Aruba,
hierna te noemen: [gedaagde],
procederend in persoon.

1.DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 7 februari 2018;
- de aantekeningen van de griffier ter gelegenheid van de comparitie van partijen op 21 februari 2018. [gedaagde] is op de comparitie niet verschenen.
De zaak is daarna verwezen naar de rol voor vonnis.

2.HET GESCHIL EN DE BEOORDELING

2.1
Tussen [eiser] en [gedaagde] gold de afspraak dat [gedaagde] voor [eiser] een auto zou bestellen in het buitenland. [eiser] heeft [gedaagde] daarvoor betaald. [gedaagde] heeft de auto echter niet aan [eiser] geleverd. Ook heeft hij het geld niet aan [eiser] terugbetaald. [eiser] vordert – uitvoerbaar bij voorraad – [gedaagde] te veroordelen tot betaling van Afl. 10.000,- vermeerderd met rente en kosten.
2.2 [
gedaagde] heeft erkend dat hij het bedrag van Afl.10.000,- aan [eiser] verschuldigd is. Hij heeft te kennen gegeven voor de betaling van dat bedrag een betalingsregeling te willen treffen. [gedaagde] is echter, ondanks behoorlijk te zijn opgeroepen bij deurwaardersexploot, niet verschenen ter comparitie van partijen.
2.3
Onder deze omstandigheden is de vordering toewijsbaar.
2.4 [
gedaagde] zal worden veroordeeld in de proceskosten.

3.DE UITSPRAAK

het gerecht:
veroordeelt [gedaagde] tot betaling aan [eiser] van een bedrag van Afl. 10.000,-, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 21 april 2017 tot de dag waarop volledig zal zijn betaald;
veroordeelt [gedaagde] in de kosten van de procedure, die tot de datum van uitspraak aan de kant van [eiser] worden begroot op Afl. 450,- aan griffierecht, Afl. 401,69 aan explootkosten en Afl. 1.000,- (2 punten in tarief 3) aan salaris van de gemachtigde;
verklaart de veroordelingen in dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.E.B. de Haseth, rechter in dit gerecht, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 4 april 2018 in aanwezigheid van de griffier.