ECLI:NL:OGEAA:2018:194

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
9 april 2018
Publicatiedatum
17 april 2018
Zaaknummer
aua201703423
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • W.J. Noordhuizen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van verzoek om bestuursrechtelijke beslissing na eerdere vernietiging

In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 9 april 2018 uitspraak gedaan op een verzoek ex artikel 53 van de Landsverordening Administratieve Rechtspraak (LAR). Verzoekster, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. A.M.N. Thijsen, had een verzoek ingediend tegen de minister van Justitie en Verslavingszorg, vertegenwoordigd door mr. M.P. Jansen. Dit verzoek volgde op een eerdere uitspraak van het gerecht van 16 oktober 2017, waarin een fictieve afwijzende beschikking op het bezwaar van verzoekster van 2 februari 2017 was vernietigd. Het gerecht had verweerder opgedragen om binnen drie maanden een nieuwe beslissing te nemen op het bezwaar.

Verweerder heeft op 20 februari 2018 een beslissing genomen op het bezwaar van verzoekster. Het gerecht oordeelde dat hiermee was voldaan aan de eerdere uitspraak, waardoor het belang van verzoekster bij de procedure was komen te vervallen. Het verzoek werd daarom niet-ontvankelijk verklaard. De rechter oordeelde tevens dat er geen wettelijke grondslag bestond voor een veroordeling in de kosten.

De uitspraak benadrukt het belang van tijdige beslissingen door bestuursorganen en de gevolgen van het niet naleven van gerechtelijke uitspraken. De beslissing werd uitgesproken ter openbare terechtzitting in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

Uitspraak van 9 april 2018
aua201703423
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
UITSPRAAK
op het verzoek ex artikel 53 van de
Landsverordening administratieve rechtspraak (Lar) van:
[verzoeker],
wonend in Aruba,
VERZOEKER,
gemachtigde: de advocaat mr. A.M.N. Thijsen,
gericht tegen:
de minister van Justitie en Verslavingszorg,
zetelende in Aruba,
VERWEERDER,
gemachtigde: mr. M.P. Jansen (DWJZ).

1.PROCESVERLOOP

Bij uitspraak van dit gerecht van 16 oktober 2017(aua201703423) is de fictieve afwijzende beschikking op het bezwaar van verzoekster van 2 februari 2017 vernietigd en is verweerder opgedragen om binnen een termijn van drie maanden na die uitspraak een nieuwe beslissing te nemen op voornoemd bezwaarschrift.
Tegen het uitblijven van een beslissing op bezwaar naar aanleiding van bovenbedoelde uitspraak heeft verzoekster bij dit gerecht op 13 december 2017 een verzoekschrift in de zin van artikel 53 Lar ingediend.
Verweerder heeft op 20 februari 2018 een beslissing genomen op het bezwaar.
Uitspraak is bepaald op heden.

2.OVERWEGINGEN

2.1
Op grond van het bepaalde in artikel 53 van de Lar kan het gerecht op verzoek van de wederpartij, het bestuursorgaan dat in gebreke blijft om tijdig een nieuwe beslissing te nemen na vernietiging door het gerecht van een eerdere beslissing, verplichten alsnog gevolg te geven aan die uitspraak, al dan niet onder verbeurte van een dwangsom.
2.2
Verweerder heeft op 20 februari 2018 een beslissing op het bezwaar van verzoekster van 2 februari 2017 genomen. Hiermee heeft verweerder voldaan aan voornoemde uitspraak van dit gerecht van 16 oktober 2017. Hierdoor is het belang van verzoekster bij deze procedure komen te vervallen. Het verzoek is niet-ontvankelijk.
2.3
Voor een veroordeling in de kosten bestaat geen wettelijke grondslag.

3.BESLISSING

De rechter in dit gerecht:
verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze beslissing werd gegeven door mr. W. J. Noordhuizen, rechter in dit gerecht, en uitgesproken ter openbare terechtzitting op maandag 9 april 2018 in aanwezigheid van de griffier.