ECLI:NL:OGEAA:2018:226

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
20 april 2018
Publicatiedatum
25 april 2018
Zaaknummer
K.G. AUA201800940
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing van contact- en straatverbod in kort geding wegens huiselijk geweld

In deze zaak, die op 20 april 2018 werd behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft de vrouw, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. J.A.R. Bryson, een kort geding aangespannen tegen de man, die niet verschenen is. De vrouw vorderde een contact- en straatverbod tegen de man, die haar en haar twee minderjarige kinderen fysiek en verbaal geweld had aangedaan. De vrouw had haar woning verlaten om te ontsnappen aan het huiselijk geweld. De man had recentelijk de woning verlaten na vernielingen.

De rechter heeft vastgesteld dat de vrouw onvermogend is om de proceskosten te dragen en heeft haar toestemming verleend om kosteloos te procederen. De rechter oordeelde dat er een reële dreiging van toekomstig onrechtmatig handelen van de man jegens de vrouw en haar kinderen was, en dat het gevorderde verbod noodzakelijk was. De vorderingen van de vrouw werden toegewezen, met inachtneming van de proportionaliteit van de tijdsduur van de verboden.

Het contactverbod en straatverbod zijn opgelegd voor een periode van één jaar, met een dwangsom van Afl. 500,- per overtreding, tot een maximum van Afl. 10.000,-. De man werd ook veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van de vrouw zijn begroot op Afl. 450,- aan griffierechten, Afl. 225,67 aan oproepingskosten en Afl. 1.000,- aan salaris van de gemachtigde. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en het meer of anders gevorderde is afgewezen.

Uitspraak

Vonnis in kort geding van 20 april 2018
Behorend bij K.G. AUA201800940
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS IN KORT GEDING
in de zaak van:
[Eiseres],
te Aruba,
hierna ook te noemen: de vrouw,
gemachtigde: de advocaat mr. J.A.R. Bryson,
tegen:
[Gedaagde],
te Aruba,
hierna ook te noemen: de man,
niet verschenen.
DE PROCEDURE
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift met producties, ingediend op 9 april 2018;
- de aantekeningen van de griffier ter gelegenheid van de mondelinge behandeling op 20 april 2018. De man, hoewel deugdelijk opgeroepen is niet verschenen.
Aan de verschenen partij is meegedeeld dat vandaag vonnis zou worden gewezen.

2.DE VASTSTAANDE FEITEN

2.1
Partijen hebben een affectieve relatie gehad. Gedurende hun relatie hebben de vrouw en haar twee minderjarige kinderen te maken gehad met fysiek en verbaal geweld van de man jegens hen.
2.2
De vrouw heeft - om te ontsnappen aan het huiselijk geweld - met haar twee kinderen haar huurwoning verlaten.
2.3
Sinds enkele dagen heeft de man – na vernieling cq beschadiging van een en ander - de woning verlaten.

3.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

3.1
De vrouw vordert - na intrekking van sustenu a,b,c van het petitum van de dagvaarding ter zitting – de man een contact- en straatverbod op te leggen, op straffe van een dwangsom.
3.2
De man is, ondanks deugdelijk te zijn opgeroepen, niet verschenen en heeft geen verweer gevoerd.

4.DE BEOORDELING

4.1
Uit het bewijs van onvermogen dat door de vrouw is overgelegd, blijkt dat zij onvermogend is om de proceskosten te dragen, zodat aan haar toestemming om kosteloos te procederen zal worden verleend.
4.2
Voldoende aannemelijk is geworden dat er sprake is van een reële dreiging van toekomstig onrechtmatig handelen van de kant van de man jegens de vrouw en/of haar kinderen en dat ter kering van deze dreiging het gevorderde verbod nodig is. De vorderingen van de vrouw komen het gerecht niet onrechtmatig of ongegrond voor en worden daarom toegewezen behoudens hetgeen hierna wordt overwogen.
4.3
Het gerecht zal de tijdsduur van het contactverbod en straatverbod in verband met de eisen van proportionaliteit in tijdsduur beperken tot een periode van één jaar.
4.4
De man zal, als de in het ongelijk te stellen partij, in de proceskosten aan de zijde van eiseres worden veroordeeld.

5.DE UITSPRAAK

De rechter in dit gerecht:
5.1
verleent de vrouw toestemming om kosteloos te procederen;
5.2
verbiedt de man om gedurende een periode van één jaar na betekening van dit vonnis zich te bevinden binnen een straal van honderd meter (100m) van de woning van eiseres te [adres] in Aruba;
5.3
verbiedt de man om gedurende een periode van één jaar na betekening van dit vonnis op welke wijze dan ook (persoonlijk, schriftelijk of telefonisch) contact te nemen met de vrouw en de minderjarigen;
5.4
bepaalt dat de man na betekening van dit vonnis bij iedere overtreding van – één van – voormelde verboden een dwangsom verbeurt van Afl. 500,- per keer met een maximum van Afl. 10.000,-;
5.5
veroordeelt de man in de proceskosten, aan de zijde van de vrouw begroot op Afl. 450,- aan griffierechten (te betalen aan de griffie), Afl. 225,67 aan oproepingskosten en Afl. 1.000,- aan salaris gemachtigde;
5.6
verklaart de veroordelingen in dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
5.7
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. Y.M. Vanwersch rechter, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van vrijdag 20 april 2018 in aanwezigheid van de griffier.