ECLI:NL:OGEAA:2018:296
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- W.J. Noordhuizen
- Rechtspraak.nl
Vonnis inzake huurovereenkomst en betalingsverplichtingen
In deze zaak, die diende voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft eiser [eiser] een vordering ingesteld tegen gedaagde [gedaagde] wegens tekortkomingen in de nakoming van de huurovereenkomst. De procedure begon met een tussenvonnis op 25 oktober 2017, gevolgd door een comparitie op 29 november 2017. Eiser vorderde betaling van verschillende bedragen, waaronder kosten voor nutsvoorzieningen en herstelkosten, en stelde dat gedaagde in gebreke was gebleven bij de nakoming van zijn verplichtingen uit de huurovereenkomst. Gedaagde voerde verweer en vorderde op zijn beurt veroordeling van eiser in de proceskosten.
De rechter beoordeelde de vorderingen en concludeerde dat gedaagde nog een bedrag van Afl. 2.964,31 aan eiser moest betalen, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf 8 augustus 2017. De rechter wees de vordering tot vergoeding van extra incassokosten af, omdat deze niet voldoende gemotiveerd was. De proceskosten werden gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij zijn eigen kosten draagt. Het vonnis werd uitgesproken op 16 mei 2018, waarbij de rechter de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad verklaarde.
Dit vonnis is van belang voor de rechtspraktijk met betrekking tot huurovereenkomsten en de verplichtingen van huurders en verhuurders, vooral in het kader van betalingsverplichtingen en de gevolgen van wanprestatie.