ECLI:NL:OGEAA:2018:316
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Beschikking
- W.J. Noordhuizen
- Rechtspraak.nl
Ouderlijk gezag en omgangsregeling in familierechtelijke procedure
In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, is op 22 mei 2018 een beschikking gegeven in een familierechtelijke procedure betreffende ouderlijk gezag en omgang. De verzoeker, de vader, vertegenwoordigd door advocaat mr. M.M. Malmberg, heeft een verzoek ingediend tegen de verweerster, de moeder, vertegenwoordigd door advocaat mr. G.F. Croes. De minderjarige, geboren in 2009, is belanghebbende in deze procedure. De procedure is voortgevloeid uit eerdere beslissingen, waaronder een beschikking van 14 november 2017 en een rapport van de Voogdijraad van 16 maart 2018. Tijdens de mondelinge behandeling op 3 april 2018 zijn beide ouders verschenen, bijgestaan door hun gemachtigden, en was de Voogdijraad vertegenwoordigd door functionarissen.
De rechter heeft vastgesteld dat er een minimale communicatie is tussen de ouders en dat zij hun eigen belangen moeten onderscheiden van die van de minderjarige. De Voogdijraad heeft geadviseerd dat het in het belang van de minderjarige is dat beide ouders gezamenlijk gezag behouden en dat er ondersteuning in de vorm van ondertoezichtstelling nodig is. De rechter oordeelt dat beide ouders geschikt zijn om de minderjarige te verzorgen en op te voeden, en dat er onvoldoende gronden zijn voor een ondertoezichtstelling.
Wat betreft de omgang, heeft de rechter bepaald dat de minderjarige en de moeder recht hebben op omgang, maar dat dit moet plaatsvinden zonder de aanwezigheid van de vader. De omgang zal onder supervisie van een derde plaatsvinden op een neutrale plek, met begeleiding van de grootmoeder van de minderjarige. De rechter heeft ook bepaald dat de vader kosteloos kan procederen en dat de proceskosten worden gecompenseerd, waarbij iedere partij zijn eigen kosten draagt. De beschikking is gegeven door mr. W.J. Noordhuizen ter zitting op 22 mei 2018.