ECLI:NL:OGEAA:2018:442

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
16 juli 2018
Publicatiedatum
17 juli 2018
Zaaknummer
K.G. no. AUA201801713
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontruiming en contact- en straatverbod in kort geding tussen echtgenoten na echtscheiding

In deze zaak, die op 16 juli 2018 werd behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, vorderden eisers, bestaande uit drie personen, in kort geding de ontruiming van een appartement dat door gedaagde, hun voormalige echtgenoot, werd bewoond. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 19 juni 2018 was ingediend, gevolgd door een zitting op 2 juli 2018. Gedaagde had na de echtscheiding, uitgesproken op 7 september 2015, met toestemming van eisers in het appartement gewoond, maar had zijn verplichtingen om het appartement te onderhouden en bij te dragen aan de kosten van water en elektriciteit niet nagekomen.

Eisers vorderden de ontruiming van het appartement binnen twee dagen na het vonnis, met de mogelijkheid om dit zelf te bewerkstelligen indien gedaagde hier niet aan voldeed. Gedaagde stemde in met de ontruiming, maar voerde verweer tegen de termijn waarbinnen hij het appartement moest verlaten. De rechter oordeelde dat er een spoedeisend belang was bij de vorderingen van eisers, gezien de lange periode waarin gedaagde zijn verplichtingen niet was nagekomen en de spanningen tussen partijen.

De rechter besloot dat gedaagde het appartement binnen twee dagen na betekening van het vonnis moest ontruimen en machtigde eisers om, indien nodig, de hulp van de sterke arm in te roepen. Daarnaast werd gedaagde een contact- en straatverbod opgelegd voor een periode van twee jaar. De proceskosten werden gecompenseerd, en het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Dit vonnis is uitgesproken door rechter E.M.D. Angela.

Uitspraak

Vonnis van 16 juli 2018
Behorend bij K.G. no. AUA201801713
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in het kort geding tussen:

1.[eiser sub 1],

2. [eiser sub 2],

3. [eiser sub 3],

eisers,
gemachtigde: de advocaat mr. J.A.R. Bryson,
tegen:
[GEDAAGDE],
wonende in Aruba, te [adres] appartment,
gedaagde, hierna ook te noemen: [gedaagde],
procederende in persoon.

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift met producties, ingediend op 19 juni 2018;
- de griffieraantekeningen van het verhandelde ter terechtzitting op 2 juli 2018.
1.2
Aan partijen is medegedeeld dat vandaag vonnis zou worden gewezen.

2.DE VASTSTAANDE FEITEN

2.1
Eiseres sub 3 en [gedaagde] waren met elkaar gehuwd. Bij beschikking van dit gerecht van 7 september 2015 is de echtscheiding tussen hen uitgesproken.
2.2
Na de echtscheiding is [gedaagde] met toestemming van eisers sub 1 en 2 in het appartement op het erf van eisers sub 1 en 2 te [adres] gaan wonen. Hij betaalt geen huur, maar zou het appartement onderhouden en bijdragen in de kosten terzake water en electra. [gedaagde] heeft het appartement echter niet onderhouden en draagt al geruime tijd niet bij in de kosten terzake water en electra.

3.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

3.1
Eisers vorderen - kort samengevat – in kort geding bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad, [gedaagde] te veroordelen tot ontruiming van het appartement op het erf van het perceel te [adres] zulks binnen twee dagen na het vonnis, met machtiging aan eisers om bij gebreke van dien ontruiming van het appartement zelf te bewerkstelligen, desnoods met behulp van de sterke arm en een straat- en contactverbod vast te stellen tegen [gedaagde] op de wijze zoals bij verzoekschrift is verwoord, alles onder verbeurte van een dwangsom indien [gedaagde] nalaat aan dit vonnis te voldoen.
3.2 [
Gedaagde] stemt in met de ontruiming en heeft geen verweer gevoerd tegen de gevorderde verboden. [Gedaagde] voert echter verweer tegen de verzochte termijn waarbinnen hij het perceel dient te verlaten.

4.DE BEOORDELING

4.1
Het spoedeisend belang bij de vorderingen is genoegzaam gebleken.
4.2
De vordering tot ontruiming is toewijsbaar, nu [gedaagde] al lange tijd - in strijd met de afspraken - het appartement niet heeft onderhouden en ook niet heeft bijgedragen in de kosten terzake water en electra. [gedaagde] heeft ter zitting bovendien ingestemd met de verzochte ontruiming.
Gelet op de gebleken spanningen tussen partijen en het feit dat [gedaagde] sinds de behandeling reeds twee weken de tijd heeft gehad om nieuw onderdak te zoeken en hij desgevraagd ter zitting heeft aangevoerd dat hij familie heeft waar hij zou kunnen verblijven, acht het gerecht termen aanwezig om de termijn waarbinnen [gedaagde] het perceel dient te ontruimen te stellen op uiterlijk twee dagen na betekening van dit vonnis.
4.3
Eisers sub 1 en 2 zullen gemachtigd worden zelf het appartement te (doen) ontruimen in het geval [gedaagde] met de ontruiming in gebreke blijft, desnoods met behulp van de sterke arm.
4.4
Uit het verhandelde ter zitting en de overgelegde stukken is voldoende aannemelijk geworden dat er sprake is van een reële dreiging van toekomstig onrechtmatig handelen van de kant van [gedaagde] jegens eisers en dat ter kering van deze dreiging het gevorderde contact- en straatverbod nodig is. [Gedaagde] heeft zich ook niet verzet tegen toewijzing van deze vorderingen. Gelet op de gebleken spanningen tussen partijen komt het overigens geraden voor dat partijen voorlopig geen enkel contact met elkaar hebben. Beide partijen hebben er belang bij (verdere) escalaties te voorkomen. Deze vorderingen zullen daarom als na te melden worden toegewezen.
4.5
Het gerecht zal eisers machtigen om de hulp van de sterke arm van de politie en justitie in te roepen bij overtreding door [gedaagde] van - een van - de verboden.
4.6
Daar eisers tot reële executie van het vonnis kunnen overgaan met behulp van de sterke arm, is een dwangsom overbodig. Deze vordering zal derhalve worden afgewezen.
4.7
De proceskosten worden gecompenseerd zoals hierna bepaald, omdat partijen elkanders vroegere echtgenoten zijn.

5.DE BESLISSING

De rechter in dit gerecht:
veroordeelt gedaagde om het appartement op het erf van het perceel gelegen te [adres] in Aruba met alle daarin aanwezige personen en goederen, voor zover deze laatste niet het eigendom van eisers sub 1 en 2 zijn te ontruimen, met afgifte van de sleutels ter vrije beschikking van eisers sub 1 en 2 te stellen en wel uiterlijk 2 dagen na betekening van dit vonnis;
machtigt eisers sub 1 en 2 om, indien gedaagde met de bevolen ontruiming in gebreke blijft, deze zelf te (doen) bewerkstelligen, desnoods met behulp van de sterke arm;
verbiedt gedaagde om gedurende een periode van twee jaar na ontruiming van het perceel zich te bevinden binnen een straal van honderd meter van de woning van eisers te [adres] in Aruba;
verbiedt gedaagde om gedurende een periode van twee jaar na ontruiming van het perceel op welke wijze dan ook (persoonlijk, telefonisch, schriftelijk) contact op te nemen met eisers;
machtigt eisers om bij overtreding van - een van - voormelde verboden zo nodig de hulp van de sterke arm van de politie en justitie in te roepen;
compenseert de proceskosten aldus dat iedere partij de eigen kosten draagt;
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.M.D. Angela, rechter, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van 16 juli 2018 in aanwezigheid van de griffier.