ECLI:NL:OGEAA:2018:531
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen betalingsbevel in verbintenissenrechtelijke zaak tussen opposant en SETAR N.V.
In deze zaak, die voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba werd behandeld, heeft de opposant verzet aangetekend tegen een betalingsbevel dat op 20 september 2017 was uitgevaardigd. Dit betalingsbevel was het gevolg van een verzoekschrift dat op 13 juni 2017 door Servicio di Telecomunicacion di Aruba (SETAR) N.V. was ingediend. De opposant, die in persoon procedeerde, betwistte de betalingsvordering van SETAR, die betrekking had op kosten voor aangelegde telefoonlijnen en mobiele telefonie. De opposant stelde dat de vordering onterecht was, omdat de telefoonlijnen al waren verwijderd voordat de vordering was ingediend.
SETAR heeft de stellingen van de opposant gemotiveerd betwist en aangetoond dat er een contract was gesloten voor de aanleg van het PBX-systeem, en dat dit systeem pas in januari 2016 in werking is getreden. Het Gerecht heeft de argumenten van de opposant niet onderbouwd geacht en heeft geconcludeerd dat het verzet ongegrond is. De opposant werd als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de kosten van de verzetprocedure.
De uitspraak werd gedaan door rechter mr. S. Verheijen op 12 september 2018, waarbij het Gerecht het verzet ongegrond verklaarde en het eerdere vonnis bevestigde. De kosten van de verzetprocedure werden begroot op Afl. 500,- aan salaris van de gemachtigde van SETAR.