ECLI:NL:OGEAA:2018:600

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
2 oktober 2018
Publicatiedatum
4 oktober 2018
Zaaknummer
AUA201801774
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
  • A.H.M. van de Leur
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onder curatelestelling van een meerderjarige wegens geestelijke stoornis

Op 2 oktober 2018 heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba een beschikking gegeven in een zaak betreffende de ondercuratelestelling van een meerderjarige, [verweerster]. De verzoekers, bestaande uit [verzoekster 1], [verzoeker 2] en [verzoeker 3], hebben verzocht om ondercuratelestelling van hun moeder, [verweerster], die in Aruba woont. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 21 juni 2018 werd ingediend. Tijdens de behandeling op 21 augustus 2018 waren de verzoekers aanwezig, bijgestaan door hun advocaat mr. C.B.A. Coffie, en de belanghebbenden waren ook in persoon aanwezig.

Het verzoek is gegrond op artikel 1:378, lid 1 van het Burgerlijk Wetboek van Aruba, dat de mogelijkheid biedt om een meerderjarige onder curatele te stellen wegens een geestelijke stoornis. Uit verklaringen van de verzoekers, familieleden, en een psycholoog bleek dat [verweerster] niet in staat is om haar belangen behoorlijk waar te nemen. Het gerecht heeft vastgesteld dat [verweerster] geen bezwaar heeft tegen de benoeming van haar dochter, [verzoekster 1], als curatrice. De rechter heeft besloten dat deze benoeming in het belang van [verweerster] is.

De beschikking houdt in dat [verweerster] onder curatele wordt gesteld en dat [verzoekster 1] als curatrice wordt benoemd. De curatrice moet binnen acht weken na aanvang van haar taak een schriftelijke opgave van de aanwezige gelden en effecten indienen, en jaarlijks een rekening van haar bewind over de goederen van [verweerster] ter griffie indienen. De uitspraak moet binnen tien dagen na tenuitvoerlegging worden gepubliceerd in de Landscourant van Aruba en in de dagbladen “DIARIO” en “AMIGOE DI ARUBA.”

Uitspraak

Beschikking van 2 oktober 2018
behorend bij E.J. nr. AUA201801774
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
op het verzoek van

1.[verzoekster 1], wonende in Aruba,

2. [verzoeker 2],wonende in Aruba,
3. [verzoeker 3]wonende in de Verenigde Staten,
VERZOEKERS,
gemachtigde: de advocaat mr. C.B.A. Coffie,
om ondercuratelestelling van hun moeder:
[verweester],
wonende in Aruba, te [adres],
VERWEERSTER, hierna te noemen [verweerster],
in persoon.
Belanghebbenden:
[belanghebbende 1], de echtgenoot,
[belanghebbende 2], de zoon,
[belanghebbende 3], de zoon.

1.DE PROCEDURE

De procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift, ingediend op 21 juni 2018,
  • de griffiersaantekeningen van de behandeling van de zaak op 21 augustus 2018, waaruit blijkt dat zijn verschenen verzoekers bijgestaan door mr. D.L. Gomez, occuperende voor mr. C.B.A. Coffie, de belanghebbenden [belanghebbende 1] en [belanghebbende 2] in persoon en [verweerster] in persoon.
De uitspraak is

2.HET VERZOEK

2.1
Het verzoek strekt ertoe dat [verweerster] onder curatele wordt gesteld met benoeming van verzoekster sub 1 tot haar curatrice. Daartoe wordt aangevoerd dat [verweerster] niet in staat is om haar belangen behoorlijk waar te nemen.
2.2
Het verzoek dat strekt tot het benoemen van een provisionele bewindvoerder is ter zitting ingetrokken.

3.DE BEOORDELING

3.1
Het verzoek is gegrond op artikel 1:378, lid 1 en onder sub a van het Burgerlijk Wetboek van Aruba (BWA). Ingevolge deze bepaling kan de rechter een meerderjarige onder curatele stellen wegens een geestelijke stoornis waardoor de gestoorde, al dan niet met tussenpozen, niet in staat is of bemoeilijkt wordt zijn belangen behoorlijk waar te nemen. Uit de verklaringen van de verzoekers, de andere familieleden, de psycholoog, [naam], en de ondervraging van [verweerster] is gebleken dat zij wegens een geestelijke stoornis niet in staat is of bemoeilijkt wordt haar belangen behoorlijk waar te nemen. Het verzoek tot ondercuratelestelling is dan ook voor toewijzing vatbaar.
3.2 [
verweerster] heeft met zoveel woorden te kennen gegeven geen bezwaar te hebben tegen benoeming van haar dochter (verzoekster sub 1) tot haar curatrice. Deze benoeming strookt ook naar het oordeel van het gerecht het meest met de belangen van de [verweerster]. Nu voor het overige niet van bezwaren daartegen is gebleken, zal het gerecht dienovereenkomstig beslissen.
3.3
De curatrice dient ingevolge artikel 1:386 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW) juncto artikel 1:338 BW
binnen acht wekenna aanvang van haar taak als curatrice een schriftelijke opgave ter griffie van dit gerecht te doen van de bij het begin van de curatele aanwezige gerede gelden, effecten aan toonder en spaarbankboekjes.
De curatrice dient voorts
binnen acht maandenna aanvang van haar taak als curatrice ter bevestiging van haar deugdelijkheid een door haar ondertekende boedelbeschrijving bij de griffie van dit gerecht in te dienen. In de boedelbeschrijving is begrepen opgave van de wijzigingen in de samenstelling van het vermogen tot het ogenblik dat zij wordt opgemaakt.
3.4
De curatrice dient ingevolge artikel 1:386 lid 1 BW in samenhang met artikel 1:359 lid 1 BW
jaarlijkseen rekening van haar bewind over de goederen van de onder curatele gestelde ter griffie van dit gerecht in te dienen, voor het eerst uiterlijk op
1 juni 2019.

4.DE BESLISSING

Het gerecht:
-stelt [verweerster], geboren op 23 december 1925 in Grenada, onder curatele;
-benoemt over de onder curatele gestelde tot curatrice haar dochter, [verzoekster 1], geboren op 2 december 1949 in Aruba en wonende in Aruba;
-bepaalt dat deze uitspraak vanwege de curatrice binnen tien (10) dagen nadat deze ten uitvoer kan worden gelegd, wordt geplaatst in de Landscourant van Aruba, alsmede in de dagbladen “DIARIO” en “AMIGOE DI ARUBA”.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.H.M. van de Leur, rechter in dit gerecht, ter terechtzitting van dinsdag 2 oktober 2018 in tegenwoordigheid van de griffier.