ECLI:NL:OGEAA:2018:748

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
28 november 2018
Publicatiedatum
27 december 2018
Zaaknummer
AUA201801235
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zekerheidstelling in civiele procedure tussen Venezolaanse rechtspersoon en Arubaanse vennootschap

In deze civiele procedure, die diende voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, is een incident tot zekerheidstelling aan de orde. De zaak betreft de rechtspersoon Constructora Azzurra C.A., gevestigd in Venezuela, die een vordering heeft ingesteld tegen de naamloze vennootschap Citgo Aruba Refining N.V. Azzurra vordert betaling van een aanzienlijk bedrag van USD 9.572.323,70, vermeerderd met rente en kosten. Citgo heeft echter aangevoerd dat Azzurra als vreemdeling in de zin van artikel 122 lid 1 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv.) wordt beschouwd, en dat er geen verdrag bestaat tussen Aruba en Venezuela dat vrijstelling van zekerheidstelling regelt. Hierdoor verzoekt Citgo Azzurra om zekerheid te stellen voor de betaling van eventuele kosten, schade en rente.

De rechter heeft geoordeeld dat Azzurra, als Venezolaanse rechtspersoon, inderdaad vreemdeling is en derhalve verplicht is om zekerheid te stellen. Er is geen bewijs geleverd dat Azzurra vrijgesteld zou kunnen worden van deze verplichting op basis van een verdrag of andere omstandigheden. De rechter heeft bepaald dat Azzurra binnen twee weken na de uitspraak een bedrag van Afl. 18.000,00 als zekerheid moet stellen, hetzij door storting bij de griffie, hetzij door middel van een bankgarantie. Indien Azzurra hier niet aan voldoet, zal zij in de hoofdzaak niet-ontvankelijk worden verklaard. De beslissing over de proceskosten in dit incident wordt aangehouden tot de hoofdzaak is beslist. De hoofdzaak zal worden voortgezet nadat de zekerheid is gesteld.

Uitspraak

Vonnis van 28 november 2018
Behorend bij A.R. AUA201801235
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in het incident tot zekerheidstelling in de zaak van:
de rechtspersoon naar Venezolaans recht
CONSTRUCTORA AZZURRA C.A.,
gevestigd te Venezuela,
domicilie kiezende ten kantore van haar gemachtigde te Aruba,
hierna ook te noemen: Azzurra,
gemachtigden: mrs. R.C. Samuels en M.A. Ellis-Schipper,
tegen:
de naamloze vennootschap,
CITGO ARUBA REFINING N.V.
gevestigd te Aruba,
hierna ook te noemen: Citgo,
gemachtigden: mrs. J.A. Saade en W.G.T.M. Kloes,

1.DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de incidentele conclusie van Citgo
- de conclusie van antwoord in het incident van Azzurra.
De zaak is daarna verwezen naar de rol voor vonnis in het incident.

2.DE VORDERING EN HET VERWEER

2.1
Azzurra vordert in de hoofdzaak - kort gezegd en na wijziging van eis - veroordeling van Citgo tot betaling van USD 9.572.323,70, vermeerderd met rente en kosten en tot betaling van de proceskosten.
2.2
Citgo heeft gesteld dat uit het inleidend verzoekschrift blijkt dat Azzurra vreemdeling in de zin van art. 122 lid 1 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv.) is, terwijl tussen Aruba en Venezuela geen verdrag geldt waardoor vrijstelling van zekerheidstelling is geregeld. Citgo vraagt in verband daarmee Azzurra te veroordelen tot het stellen van zekerheid voor de betaling van kosten, schade en intresten waartoe zij zou kunnen worden veroordeeld.
2.3
Azzurra voert gemotiveerd verweer dat voor zover voor de beslissing van belang hieronder zal worden besproken.

3.DE BEOORDELING

in het incident
3.1
Azzurra heeft de nationaliteit van Venezuela, is daar gevestigd en derhalve vreemdeling in de zin van art. 122 Rv. zodat deze gehouden is zekerheid te stellen voor de betaling van kosten, schade en intrest in welke hij/zij verwezen zouden kunnen worden.
3.2
Van een verdrag op grond waarvan Azzurra van deze verplichting vrijgesteld zou kunnen worden is geen sprake. Niet gebleken is dat een van de overige omstandigheden als bedoeld in het tweede lid van voormeld artikel zich voordoet. Dat brengt mee dat de vordering voor toewijzing in aanmerking komt.
3.3
Gelet op de aard en omvang van de vordering in de hoofdzaak is tarief 11 van het Liquidatietarief van toepassing, met een bedrag van Afl. 6.000,00 per punt en zonder een maximum van aantal punten. Het gerecht ziet geen aanleiding reeds nu met een of meer punten van het liquidatietarief rekening te houden wegens mogelijke getuigenverhoren en/of nadere conclusies buiten de gebruikelijke conclusies van antwoord en dupliek. Wel zal het gerecht reeds rekening houden met een extra punt voor de conclusie in dit incident.
3.4
De beslissing over de proceskosten van dit incident wordt aangehouden tot in te hoofdzaak wordt beslist.
in de hoofdzaak
3.5
De hoofdzaak zal, nadat zekerheid gesteld is, worden voortgezet in de stand waarin deze is gebleven.
3.6
Als niet tijdig zekerheid is gesteld zal Azzurra in de hoofdzaak niet-ontvankelijk worden verklaard.

4.DE UITSPRAAK:

De rechter in dit gerecht:
in het incident
4.1
veroordeelt Azzurra om binnen twee weken na de datum waarop dit vonnis is gewezen zekerheid te stellen;
4.2
bepaalt het bedrag van die zekerheid op Afl. 18.000,00;
4.3
bepaalt dat deze zekerheid middels storting van dat bedrag ter griffie van dit gerecht, dan wel middels een door een te Aruba gevestigde bank uitgegeven bankgarantie ten genoege van Citgo kan worden gesteld;
4.4
bepaalt dat indien Azzurra niet of niet tijdig gevolg geeft aan de bevolen zekerheidstelling, Citgo niet gehouden is tot het voeren van verweer en Azzurra in de hoofdzaak niet-ontvankelijk zal worden verklaard;
4.5
houdt de beslissing over de proceskosten van dit incident aan tot in de hoofdzaak wordt beslist;
4.6
wijst af het meer of anders gevorderde;
in de hoofdzaak
4.7
verwijst de zaak naar de rol van woensdag 12 december 2018 zijnde de eerst mogelijke rolzitting na ommekomst van de in het incident bepaalde termijn – voor akte uitlating zekerheidstelling zijdens Azzurra;
4.8
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. Y.M. Vanwersch, rechter in dit gerecht en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 28 november 2018 in aanwezigheid van de griffier.