ECLI:NL:OGEAA:2018:803

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
11 december 2018
Publicatiedatum
3 januari 2019
Zaaknummer
AUA201802274
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot doorbetaling van loon en beoordeling van ontslag op staande voet

In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft de verzoekster, wonende te Aruba, een verzoek ingediend om de verweerder te bevelen haar loon door te betalen vanaf februari 2018, totdat de arbeidsovereenkomst op rechtsgeldige wijze is beëindigd. De verzoekster heeft haar verzoek onderbouwd met de stelling dat het ontslag op staande voet een dringende reden ontbeert. De procedure is gestart met een verzoekschrift dat op 27 juli 2018 is ingediend, gevolgd door een exploot van betekening op 5 oktober 2018, waarbij de verweerder is opgeroepen om op 30 oktober 2018 een verweerschrift in te dienen. De verweerder is echter niet verschenen op de zitting.

De rechter heeft vastgesteld dat de verweerder geen gebruik heeft gemaakt van de mogelijkheid om verweer te voeren. Hierdoor gaat het gerecht ervan uit dat het ontslag op staande voet nietig is, omdat de vereiste dringende reden ontbreekt. De rechter heeft het verzoek van de verzoekster toegewezen, met inachtneming van een gematigde vertragingsrente van 15% op het loon. Daarnaast is de verweerder veroordeeld in de kosten van de procedure, die tot op heden zijn begroot op Afl. 50,- griffierecht.

De beschikking is gegeven door mr. Y.M. Vanwersch en werd in het openbaar uitgesproken op 11 december 2018, in tegenwoordigheid van de griffier. De rechter heeft de beschikking uitvoerbaar bij voorraad verklaard, met uitzondering van het meer of anders verzochte.

Uitspraak

Beschikking van 11 december 2018
Behorend bij EJ nr. AUA201802274
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
in de zaak van:
[NAAM VERZOEKSTER],
wonende te Aruba, [ADRES]
VERZOEKSTER, hierna: [VERZOEKSTER],
procederend in persoon,
tegen:
[NAAM VERWEERSTER],
gevestigd te [ADRES] in Aruba,
VERWEERSTER, hierna: [VERWEERSTER],
niet verschenen.

1.DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift met producties, ingediend op 27 juli 2018;
- het exploot van betekening d.d. 5 oktober 2018, waarbij [VERWEERSTER] wederom is opgeroepen om op 30 oktober 2018 een verweerschrift in te dienen en te verschijnen voor de behandeling. [VERWEERSTER] is, ondanks behoorlijke oproeping, niet verschenen.
De beschikking is bepaald op heden.

2.HET VERZOEK

2.1 [
VERZOEKSTER] verzoekt - naar het gerecht begrijpt - bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren beschikking:
[VERWEERSTER] te bevelen om het loon door te betalen vanaf februari 2018 totdat de arbeidsovereenkomst op rechtsgeldige wijze is beëindigd, vermeerderd met de vertragingsrente vanaf 1 februari 2018;
[VERWEERSTER] te veroordelen in de kosten van de procedure.
2.2 [
VERZOEKSTER] grondt de vordering erop dat het ontslag op staande voet een dringende reden ontbeert.
2.3 [
VERWEERSTER] heeft geen verweer gevoerd.

3.DE BEOORDELING

3.1 [
VERWEERSTER] heeft geen gebruik gemaakt van de aan haar aangeboden mogelijkheid om verweer te voeren. Nu er van de zijde van [VERWEERSTER] geen verweer is gevoerd gaat het gerecht ervan uit dat het ontslag op staande voet nietig is omdat de vereiste dringende ontbreekt. Om deze reden is het verzochte toewijsbaar, met dien verstande dat de vertragingsrente ex artikel 7A:1614q BW wordt gematigd tot 15%.
3.2 [
VERWEERSTER] zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van de procedure, tot op heden begroot op Afl. 50,- griffierecht.

4.DE BESLISSING

De rechter:
4.1
veroordeelt [VERWEERSTER] om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [VERZOEKSTER] haar loon, vermeerderd met 15% vertragingsrente, te betalen vanaf 1 februari 2018 totdat de arbeidsovereenkomst op rechtsgeldige wijze is beëindigd,
4.2
veroordeelt [VERWEERSTER] in de kosten, aan de zijde van [VERZOEKSTER] begroot op Afl. 50,00 griffierecht;
4.3
verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
4.4
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. Y.M. Vanwersch, rechter in dit gerecht en werd in het openbaar uitgesproken op dinsdag 11 december 2018, in tegenwoordigheid van de griffier.