ECLI:NL:OGEAA:2019:196

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
9 april 2019
Publicatiedatum
11 april 2019
Zaaknummer
AUA201803873
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onder curatelestelling van een meerderjarige wegens geestelijke stoornis

In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, is op 9 april 2019 een beschikking gegeven met betrekking tot de ondercuratelestelling van een meerderjarige, hierna aangeduid als [verweerster]. De verzoekers, bestaande uit zes kinderen van [verweerster], hebben op 30 november 2018 een verzoekschrift ingediend om hun moeder onder curatele te stellen. Dit verzoek is gedaan op basis van artikel 1:378, lid 1 van het Burgerlijk Wetboek van Aruba, waarin wordt gesteld dat een meerderjarige onder curatele kan worden gesteld wegens een geestelijke stoornis die het vermogen om haar belangen behoorlijk waar te nemen, belemmert.

Tijdens de zitting op 19 februari 2019 zijn de verzoekers verschenen, bijgestaan door hun gemachtigde mr. J.A. Saade. Tevens heeft er een verhoor plaatsgevonden van [verweerster] op 26 februari 2019. De rechtbank heeft vastgesteld dat [verweerster] door een geestelijke stoornis niet in staat is om haar belangen adequaat te behartigen. De verklaringen van de verzoekers en de psychiater dr. [naam dr.] hebben dit bevestigd.

De rechtbank heeft geoordeeld dat het verzoek tot ondercuratelestelling gegrond is en heeft besloten om [verweerster] onder curatele te stellen. Tevens is haar dochter, [naam voorgestelde curatrice], benoemd tot curatrice. De rechtbank heeft bepaald dat de curatrice binnen acht weken na aanvang van haar taak een schriftelijke opgave van de aanwezige gerede gelden en andere activa moet indienen, en dat zij jaarlijks een rekening van haar bewind moet indienen. De beschikking is gepubliceerd in de Landscourant van Aruba en in de dagbladen “DIARIO” en “AMIGOE DI ARUBA”.

Uitspraak

Beschikking van 9 april 2019
behorend bij EJ nr. AUA201803873
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
op het verzoek van:
[verzoeker sub 1],
[verzoekster sub 2],
[verzoeker sub 3],
[verzoekster sub 4],
[verzoekster sub 5],
[verzoekster sub 6],
wonenden in Aruba,
VERZOEKERS,
gemachtigden: mrs. J.A. Saade en L.A.M. Leeuwe,
om ondercuratelestelling van hun moeder:
[verweerster],
wonende in Aruba, te [woonadres],
VERWEERSTER, hierna te noemen [verweerster],
in persoon.

1.DE PROCEDURE

De procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift, ingediend op 30 november 2018,
  • de griffiersaantekeningen van de behandeling van 19 februari 2019, waaruit blijkt dat zijn verschenen verzoekers in persoon bijgestaan door hun gemachtigde mr. J.A. Saade.
  • het verhoor van [verweerster] te [woonadres] op 26 februari 2019.
De uitspraak is

2.HET VERZOEK

Het - ter zitting gewijzigd - verzoek strekt ertoe dat [verweerster] onder curatele wordt gesteld met benoeming van haar dochter [naam voorgestelde curatrice] tot haar curatrice. Daartoe wordt aangevoerd dat [verweerster] wegens een geestelijke stoornis niet in staat is of bemoeilijkt wordt haar belangen behoorlijk waar te nemen.

3.DE BEOORDELING

3.1
Het verzoek is gegrond op artikel 1:378, lid 1 en onder sub a van het Burgerlijk Wetboek van Aruba (BWA). Ingevolge deze bepaling kan de rechter een meerderjarige onder curatele stellen wegens een geestelijke stoornis waardoor de gestoorde, al dan niet met tussenpozen, niet in staat is of bemoeilijkt wordt haar belangen behoorlijk waar te nemen. Uit de verklaringen van de verzoekers, de geneesheer dr. [naam dr.] (psychiater) en de ondervraging van [verweerster] is gebleken dat zij wegens een geestelijke stoornis niet in staat is of bemoeilijkt wordt haar belangen behoorlijk waar te nemen. Het verzoek tot ondercuratelestelling is dan ook voor toewijzing vatbaar.
3.2 [
verweerster] heeft met zoveel woorden te kennen gegeven geen bezwaar te hebben tegen benoeming van haar dochter [naam voorgestelde curatrice] tot haar curatrice. Deze benoeming strookt ook naar het oordeel van het gerecht het meest met de belangen van [verweerster]. Nu voor het overige niet van bezwaren daartegen is gebleken, zal het gerecht dienovereenkomstig beslissen.
3.3
De curatrice dient ingevolge artikel 1:386 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW) juncto artikel 1:338 BW
binnen acht wekenna aanvang van haar taak als curatrice een schriftelijke opgave ter griffie van dit gerecht te doen van de bij het begin van de curatele aanwezige gerede gelden, effecten aan toonder en spaarbankboekjes.
De curatrice dient voorts
binnen acht maandenna aanvang van haar taak als curatrice ter bevestiging van haar deugdelijkheid een door haar ondertekende boedelbeschrijving bij de griffie van dit gerecht in te dienen. In de boedelbeschrijving is begrepen opgave van de wijzigingen in de samenstelling van het vermogen tot het ogenblik dat zij wordt opgemaakt.
3.4
De curatrice dient ingevolge artikel 1:386 lid 1 BW in samenhang met artikel 1:359 lid 1 BW
jaarlijkseen rekening van haar bewind over de goederen van de onder curatele gestelde ter griffie van dit gerecht in te dienen, voor het eerst uiterlijk op
1 juni 2020.

4.DE BESLISSING

Het gerecht:
stelt [VERWEERSTER], geboren op [geboortedatum] 1935 in Aruba, onder curatele,
benoemt over de onder curatele gestelde tot curatrice haar dochter, [naam voorgestelde curatrice], geboren op [geboortedatum] 1955 in Aruba en wonende in Aruba,
bepaalt dat deze uitspraak vanwege de curatrice binnen tien (10) dagen nadat deze ten uitvoer kan worden gelegd, wordt geplaatst in de Landscourant van Aruba, alsmede in de dagbladen “DIARIO” en “AMIGOE DI ARUBA”.
Deze beschikking is gegeven door mr. E.M.D. Angela, rechter in dit gerecht, ter terechtzitting van dinsdag 9 april 2019 in tegenwoordigheid van de griffier.