In deze civiele zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, vordert de naamloze vennootschap INARCH (INTERIOR & ARCHITECTURAL DESIGN) N.V. betaling van een factuur van Afl. 8.867,88 van de naamloze vennootschap QUICK ELECTRICAL COMPANY N.V. De vordering is gebaseerd op een overeenkomst van opdracht die volgens Inarch tot stand is gekomen, terwijl Quick betwist dat er een dergelijke overeenkomst bestaat. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 22 juni 2018 werd ingediend, gevolgd door een verweerschrift en conclusies van repliek en dupliek. De rechter heeft vastgesteld dat Inarch op 26 oktober 2016 een factuur heeft gestuurd voor diensten die zij heeft verricht, en dat Quick in een brief van 3 april 2018 de verschuldigdheid van het bedrag erkent, maar stelt dat er geen overeenkomst van opdracht is. De rechter oordeelt dat Quick onvoldoende onderbouwing heeft gegeven voor haar verweer en dat Inarch gerechtvaardigd heeft vertrouwd op de erkenning van de schuld door Quick. Het Gerecht heeft de vordering van Inarch toegewezen, inclusief rente en buitengerechtelijke incassokosten, en Quick in de proceskosten veroordeeld. Het vonnis is uitgesproken op 29 mei 2019 door mr. A.H.M. van de Leur.