Uitspraak
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
[ Verzoekster ],
HET HOOFD DIENST BURGELIJKE STAND EN BEVOLKINGSREGISTER,
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
op vertoon van hun (…) verblijfspasvoortvloeit dat verweerder pas tot inschrijving van een persoon in het bevolkingsregister mag overgaan, indien deze aan kan tonen dat er zijdens het tot de toelating bevoegde bestuursorgaan geen bezwaar bestaat tegen vestiging van de betrokkene hier te lande. Volgens het ter zake door verweerder gevoerde beleid dient betrokkene daartoe een origineel exemplaar van een aan hem verleende vergunning tot tijdelijk verblijf over te leggen. Vast staat dat verzoekster geen origineel exemplaar van een aan haar verleende vergunning tot tijdelijk verblijf heeft overgelegd, zodat de afwijzing is gegeven met inachtneming van het gevoerde beleid. Verzoekster heeft niet betoogd dat en waarom zich zodanige bijzondere omstandigheden voordoen dat verweerder in redelijkheid niet heeft kunnen vasthouden aan dat beleid. Het betoog faalt reeds om deze reden.