Uitspraak
1.DE PROCEDURE
- de conclusie van antwoord d.d. 1 juni 2016;
- de conclusie van repliek d.d. 22 augustus 2018;
- de conclusie van dupliek d.d. 17 oktober 2018.
2.DE VASTSTAANDE FEITEN
- a)
- b)
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze zaak vorderden de eisers, allen wonende in Aruba, dat het gerecht verklaart dat de Stichting Katholiek Onderwijs Aruba (SKOA) niet gerechtigd was om hen schoolgeld of aircogeld in rekening te brengen. De eisers baseerden hun vordering op het recht op gratis onderwijs zoals vastgelegd in internationale verdragen en de Staatsregeling van Aruba. SKOA, een particuliere instelling die onderwijs verzorgt in Aruba, had het schoolgeld verhoogd en een aircogeld geïntroduceerd. De kern van het geschil was of het Land Aruba verplicht was om 100% van de kosten van bijzonder onderwijs te vergoeden. Het gerecht oordeelde dat Aruba geen wettelijke basis heeft voor het gratis beschikbaar stellen van onderwijs. De artikelen in de internationale verdragen scheppen geen directe rechten en verplichtingen tussen burgers en stichtingen. Het gerecht concludeerde dat SKOA gerechtigd was om schoolgeld te heffen, aangezien het Land niet verplicht is om de volledige kosten van het bijzonder onderwijs te vergoeden. De vorderingen van de eisers werden afgewezen, en zij werden veroordeeld in de proceskosten van SKOA.