Op 16 september 2019 heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak tussen de naamloze vennootschap Manor Beach Resort N.V. en de Minister van Ruimtelijke Ontwikkeling, Infrastructuur en Milieu. De zaak betreft een beroep van Manor Beach Resort N.V. tegen het uitblijven van een beslissing op een verzoek om vergunning voor het innemen van domeingrond voor het plaatsen van mantelbuizen ten behoeve van de F&B-faciliteiten van het resort. Appellante had op 15 oktober 2018 een vergunning aangevraagd, maar ontving geen tijdige beslissing van de verweerder. Na het indienen van bezwaar op 11 januari 2019 en het instellen van beroep op 28 mei 2019, heeft het gerecht vastgesteld dat er geen reële beslissing op het bezwaar was genomen en dat er geen verweer door de verweerder was gevoerd. Hierdoor kon de ongemotiveerde afwijzing van het bezwaar niet in stand blijven. Het gerecht verklaarde het beroep gegrond en bepaalde dat de verweerder binnen drie maanden na de uitspraak een nieuwe beslissing moest nemen op het bezwaar van appellante. Tevens werd het griffierecht van Afl. 25,- aan appellante terugbetaald. De uitspraak werd gedaan door mr. M.E.B. de Haseth en is openbaar uitgesproken op dezelfde dag.