Uitspraak
1.DE PROCEDURE
- het verzoekschrift, ingediend op 15 augustus 2019;
- de mondelinge behandeling ter zitting van 29 oktober 2019, waar zijn verschenen [naam raadsonderzoeker] namens de Voogdijraad, de moeder en de vader in persoon.
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, betreft het een verzoek om kinderalimentatie. De vader, die in persoon procedeert, wordt verzocht een maandelijkse bijdrage van Afl. 450,- te betalen voor de kosten van verzorging en opvoeding van zijn minderjarige kind, geboren uit de relatie met de moeder. De procedure startte met een verzoekschrift op 15 augustus 2019, gevolgd door een mondelinge behandeling op 29 oktober 2019. De minderjarige is erkend door de vader en de ouders zijn verplicht om bij te dragen aan de kosten van verzorging en opvoeding naar draagkracht.
Het gerecht heeft vastgesteld dat de kosten van verzorging en opvoeding gemiddeld Afl. 450,- per maand bedragen, met extra kosten voor naschoolse opvang en taekwondo. De moeder heeft een netto-inkomen van Afl. 2.745,72 per maand, terwijl de vader een netto-inkomen van Afl. 2.100,- heeft. Na beoordeling van de draagkracht van beide ouders, concludeert het gerecht dat de vader in staat is om Afl. 345,- per maand bij te dragen aan de kosten van zijn kind, met ingang van 1 december 2019. De beschikking is gegeven door rechter J.J. Verhoeven en is uitvoerbaar bij voorraad.