ECLI:NL:OGEAA:2019:808

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
10 december 2019
Publicatiedatum
19 december 2019
Zaaknummer
AUA201902788
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ondertoezichtstelling van een minderjarige in het kader van gezinsvoogdij en pedagogische ondersteuning

Op 10 december 2019 heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba een beschikking gegeven in een zaak betreffende de ondertoezichtstelling van een minderjarige, geboren op [geboortedatum] 2008. Het verzoek tot ondertoezichtstelling werd ingediend door de Voogdijraad op 19 augustus 2019, na een mondelinge behandeling op 29 oktober 2019. De ouders van de minderjarige zijn niet verschenen op de zitting, ondanks dat zij daartoe behoorlijk waren opgeroepen. De moeder oefent alleen het gezag over de minderjarige uit.

De Voogdijraad heeft in haar rapport aangegeven dat er sprake is van een verstoorde moeder-kind relatie en dat de moeder niet over voldoende pedagogische inzichten en vaardigheden beschikt. Dit heeft geleid tot een onstabiele emotionele staat van de minderjarige, die daardoor in zijn ontwikkelingsbehoeftes en emotioneel psychisch gesteldheid verwaarloosd wordt. De moeder staat open voor hulp en begeleiding, maar geeft aan dat ze geen energie heeft om zich met de minderjarige te bemoeien.

Het gerecht oordeelt dat de minderjarige zodanig opgroeit dat hij met zedelijke en lichamelijke ondergang wordt bedreigd, en dat er gronden zijn voor ondertoezichtstelling. De ondertoezichtstelling wordt voor de duur van één jaar opgelegd, en de heer [naam gezinsvoogd] wordt benoemd tot gezinsvoogd. Het verzoek om de minderjarige in dagbehandeling bij Stichting Kindertehuis Imeldahof (SKI) te plaatsen, wordt afgewezen, omdat dit geen uithuisplaatsing betreft en geen machtiging behoeft. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

Beschikking van 10 december 2019
behorend bij EJ nr. AUA201902788
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
op het verzoek van
DE VOOGDIJRAAD,
kantoorhoudend in Aruba,
VERZOEKER,
vertegenwoordigd.
met betrekking tot de minderjarige:
[Naam minderjarige], geboren op [geboortedatum] 2008 in Aruba,
Belanghebbenden:
[Naam moeder], de moeder,
[Naam vader], de vader,
[Naam gezinsvoogd], de voorgestelde gezins.

1.DE PROCEDURE

De procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift, ingediend op 19 augustus 2019,
  • de mondelinge behandeling ter zitting met gesloten deuren van 29 oktober 2019, in aanwezigheid van de raadsonderzoeker van de Voogdijraad, [naam medewerkster I] en [naam medewerkster II] namens de Fundacion Guia Mi. De ouders zijn, ondanks daartoe behoorlijk te zijn opgeroepen, niet verschenen.
De

2.DE FEITEN

Uit de relatie tussen de vader en de moeder is [naam minderjarige] op [geboortedatum] 2008 in Aruba geboren. De moeder oefent het gezag over de minderjarige alleen uit.

3.HET VERZOEK

Het verzoek strekt tot ondertoezichtstelling van de minderjarige voor de periode van één jaar. Tevens wordt de plaatsing van de minderjarige in de dagbehandeling bij SKI verzocht met benoeming van de heer [naam gezinsvoogd] als gezinsvoogd.

4.DE BEOORDELING

4.1
Ingevolge artikel 1:254, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek van Aruba (BW) kan de rechter een kind onder toezicht stellen indien het zodanig opgroeit, dat het met de zedelijke of lichamelijke ondergang wordt bedreigd.
4.2
Het gerecht is, gelet op hetgeen uit het dossier en ter terechtzitting naar voren is gekomen, van oordeel dat genoemde gronden voor ondertoezichtstelling aanwezig zijn en overweegt daartoe als volgt.
Uit het rapport van de Voogdijraad kan worden vastgesteld dat er sprake is van een verstoorde moeder-kind relatie. Verder is gebleken dat de moeder niet over voldoende pedagogische inzichten en vaardigheden beschikt, met het gevolg dat de emotionele staat van de minderjarige onstabiel is. Moeder geeft aan dat ze geen energie heeft om zich met de minderjarige te bemoeien en zich onmachtig voelt. Hierdoor wordt de minderjarige in zijn ontwikkelingsbehoeftes en emotioneel psychisch gesteldheid verwaarloosd. Moeder staat open voor hulp en begeleiding. Gesteld kan daarom worden dat de minderjarige zodanig opgroeit, dat hij met zedelijke en lichamelijke ondergang wordt bedreigd. Gelet hierop is een ondertoezichtstelling, binnen welk kader de benodigde hulpverlening wordt opgestart, aangewezen.
4.3
De dagbehandeling bij Stichting Kindertehuis Imeldahof (hierna: SKI) is geen uithuisplaatsing zoals bedoeld in artikel 1:263 BW, en behoeft geen machtiging als bedoeld in artikel 1:260, lid 3 BW, zodat het verzoek in zoverre zal worden afgewezen. Op grond van artikel 1:260 BW dienen bij de verzorging en opvoeding van een onder toezicht gesteld kind de ouders zich te gedragen naar de aanwijzingen van de gezinsvoogd, ook als dat inhoudt dat het onder toezicht gestelde kind de dagbehandeling bij SKI moet volgen.

5.DE BESLISSING

Het gerecht:
stelt [naam minderjarige], geboren op [geboortedatum] 2008 in Aruba, toezicht voor de duur van één jaar ingaande heden,
benoemt [naam gezinsvoogd] tot gezinsvoogd,
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad,
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven op dinsdag 10 december 2019 door mr. J.J. Verhoeven, rechter in dit gerecht, in aanwezigheid van de griffier.