Uitspraak
5.DE VERDERE PROCEDURE
6.DE VERDERE BEOORDELING
de overeenkomst tot het voeren van supervisie
de openstaande som in verband met de uitzendwerkzaamheden
7.DE UITSPRAAK
3 juni 2020voor opgave van getuigen door [eiser];
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze zaak, die voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba is behandeld, heeft eiser, vertegenwoordigd door advocaat mr. D.G. Kock, een vordering ingesteld tegen de naamloze vennootschap gedaagde, vertegenwoordigd door advocaat mr. R.A. Wix. De zaak betreft een geschil over de vraag of eiser contractspartij is bij een uitzendovereenkomst en een overeenkomst tot aanneming van werk die met gedaagde zijn gesloten. Eiser heeft de mogelijkheid gekregen om feiten en omstandigheden te bewijzen die zijn stelling ondersteunen. Het gerecht heeft in een tussenvonnis van 2 oktober 2019 overwogen dat eiser zal worden toegelaten tot het bewijs van zijn stelling dat hij contractspartij is van gedaagde. Dit vonnis is een vervolg op dat tussenvonnis en het gerecht heeft de verdere bewijslevering gelast. Eiser moet ook bewijzen dat hij schuldeiser is met betrekking tot openstaande facturen die voortvloeien uit de overeenkomst tot het voeren van supervisie. Het gerecht heeft de zaak verwezen naar de rolzitting van 3 juni 2020 voor opgave van getuigen door eiser, aangezien er op dat moment geen zittingen konden worden ingepland vanwege de coronamaatregelen. Het vonnis houdt in dat alle overige beslissingen worden aangehouden totdat het bewijs is geleverd.