Uitspraak
1.DE PROCEDURE
2.DE FEITEN
Article 3 – RENT
3.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN
4.DE BEOORDELING
29 augustus 2017 [naam VBA] had meegedeeldde huurovereenkomst niet te willen verlengen per 1 januari 2018. Uit de niet betwiste stellingen blijkt dat [naam VBA] de toegang tot het gehuurde per 1 januari 2018 is ontzegd. Het Gerecht begrijpt uit het door [naam vereniging] overgelegde overzicht van betaling dat [naam VBA] ook na januari 2018 het gehuurde ter beschikking had. Hierdoor is de huurovereenkomst verlengd. Het Gerecht begrijpt dat de huurprijs van deze verlengde huurovereenkomst moet worden vastgesteld, nu partijen geen overeenstemming daarover hebben bereikt.
]voor een bedrag van (Afl. 3.615,54+Afl. 21.875,- +Afl. 9.663,52 =) Afl. 35.154,06 zal worden toegewezen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de dag der opeisbaarheid van de respectievelijke bedragen tot de dag der voldoening.