ECLI:NL:OGEAA:2020:30

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
22 januari 2020
Publicatiedatum
10 februari 2020
Zaaknummer
AUA201801204
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • A.H.M. van de Leur
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Schadevergoeding wegens verduistering van geldbedragen door werknemer

In deze civiele zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft de naamloze vennootschap Prima Casa Real Estate N.V. een vordering ingesteld tegen [gedaagde 1] en [gedaagde 2] wegens verduistering van geldbedragen. De zaak betreft een arbeidsovereenkomst tussen Prima Casa en [gedaagde 1], die als assistent makelaar werkzaam was. Op 28 december 2017 heeft [gedaagde 1] bekend dat hij aanzienlijke geldbedragen van Prima Casa heeft verduisterd. Na deze bekentenis is [gedaagde 1] op staande voet ontslagen. Prima Casa heeft conservatoir beslag laten leggen op onroerende goederen van de gedaagden ter zekerheid van haar vordering.

Tijdens de zitting op 30 augustus 2019 heeft Prima Casa haar vorderingen toegelicht, waarbij zij een verzoek tot vermeerdering van eis heeft ingediend, dat door de gedaagden niet is betwist. De rechter heeft vastgesteld dat [gedaagde 1] in totaal Afl. 381.130,44 heeft verduisterd. De vordering van Prima Casa is toegewezen, inclusief de wettelijke rente vanaf 28 december 2017. Tevens is [gedaagde 1] veroordeeld in de proceskosten van Prima Casa, die zijn begroot op Afl. 4.618,35 aan verschotten en Afl. 12.000,-- aan gemachtigdensalaris.

Het vonnis is uitgesproken op 22 januari 2020 door mr. A.H.M. van de Leur, en is uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De zaak illustreert de gevolgen van onrechtmatige daad in de context van een arbeidsovereenkomst en de mogelijkheid van schadevergoeding voor de benadeelde partij.

Uitspraak

Vonnis van 22 januari 2020
Behorend bij A.R. no. AUA201801204
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS in de zaak van:
de naamloze vennootschap
PRIMA CASA REAL ESTATE N.V.,
gevestigd in Aruba,
eiseres,
hierna ook te noemen: Prima Casa,
gemachtigden: de advocaten mrs. D.L. Emerencia en G. de Hoogd,
tegen:

1.[GEDAAGDE 1],

hierna ook te noemen: [gedaagde 1],
en

2.[GEDAAGDE 2],

hierna ook te noemen: [gedaagde 2],
beiden wonende in Aruba,
gedaagden,
hierna gezamenlijk ook te noemen: [gedaagden],
gemachtigde (tot 7 november 2018): de advocaat mr. R.A. Wix,
vanaf 7 november 2018 procederend in persoon.

1.HET PROCESVERLOOP

1.1
Het procesverloop blijkt uit:
-het verzoekschrift tevens houdende een provisionele eis, met producties;
-de conclusie van antwoord, met producties;
-de conclusie van repliek, met producties;
-de tegen [gedaagden] verleende akte van niet dienen van dupliek;
-het verzoek van Prima Casa van 28 augustus 2019 om pleidooi.
1.2
Pleidooi heeft vervolgens plaatsgevonden op 30 augustus 2019. Prima Casa is ter zitting verschenen bij haar gemachtigde mr. De Hoogd voornoemd, die werd vergezeld door [naam directeur] (directeur van Prima Casa). [Gedaagden] zijn in persoon verschenen. Partijen hebben in twee termijnen het woord gevoerd – Prima Casa mede aan de hand van een overgelegde en voorgedragen pleitnota, voorzien van toegelaten nadere producties – en hebben gereageerd of kunnen reageren op elkaars stellingen.
1.3
Prima Casa heeft ter zitting een akte gediend houdende een verzoek tot vermeerdering van eis. [Gedaagden] hebben geen bezwaar gemaakt tegen dat verzoek. De eisvermeerdering is mede daarom toegelaten.
1.4
Prima Casa heeft ter zitting haar vorderingen voorzover gericht tegen [gedaagde 2] ingetrokken, en zo ook haar provisionele vordering.
1.5
Vonnis is nader bepaald op heden.

2.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

2.1
Prima Casa verzoekt dat het Gerecht - zo het begrijpt - bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad:
-[Gedaagde 1] veroordeelt om ten titel van schadevergoeding te betalen aan Prima Casa Afl. 381.130,44, te vermeerderen met wettelijke rente gerekend vanaf 28 december 2017 tot aan de dag der algehele voldoening;
-[Gedaagde 1] veroordeelt in de proceskosten waaronder begrepen die van het beslag.
2.2 [
Gedaagde 1] heeft verweer gevoerd.
2.3
Voorzover van belang voor de uitspraak worden de stellingen van partijen hierna besproken.

3.DE BEOORDELING

3.1.1
Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend dan wel niet of onvoldoende bestreden alsmede op grond van overgelegde producties voor zover niet of onvoldoende bestreden staat onder meer het volgende vast tussen partijen.
3.1.2
Prima Casa voert een makelaarsbedrijf in Aruba. [Gedaagde 1] was krachtens een tussen partijen gesloten arbeidsovereenkomst jarenlang (12 jaar) in loondienst van Prima Casa in de functie van assistent makelaar tegen een salaris van maandelijks Afl. 3.515,-- bruto. Als zodanig had [gedaagde 1] toegang tot banktegoeden van Prima Casa.
3.1.3
Op 28 december 2017 heeft [gedaagde 1] aan Prima Casa bekend aanzienlijke aan Prima Casa toebehorende geldbedragen te hebben verduisterd.
3.1.4
Prima Casa heeft [gedaagde 1] hangende het onderzoek in het kader van die bekentenis in de uitvoering van haar werkzaamheden voor Prima Casa geschorst. Prima Casa heeft [gedaagde 1] vervolgens bij brief van 29 december 2017 op grond van het onderzoeksresultaat op staande voet ontslagen.
3.1.5
Naar daartoe verkregen rechterlijk verlof heeft Prima Casa tot meerdere zekerheid van verhaal van haar vordering ten laste van [gedaagden] conservatoir beslag laten leggen op de in het overlegde beslagexploot vermelde bij partijen genoegzaam bekende onroerende goederen.
3.2
Prima Casa stelt dat [gedaagde 1] gedurende haar dienstverband bij Prima Casa in totaal het in hoofdsom gevorderde bedrag ten laste van Prima Casa heeft verduisterd. Die bij gelegenheid van pleidooi met stukken onderbouwde/gespecificeerde stelling (zie de bij de pleitnota van Prima Casa gevoegde aanhangsels 1 tot en met 7, die ruim een week voor pleidooi gelijktijdig met de akte houdende vermeerdering van eis kenbaar zijn gemaakt aan onder meer [gedaagde 1]) heeft [gedaagde 1] naar het oordeel van het Gerecht onvoldoende gemotiveerd bestreden. [Gedaagde 1] stelt weliswaar dat zij veel minder dan het door Prima Casa gevorderde bedrag heeft verduisterd, maar [gedaagde 1] heeft die blote stelling niet met cijfers gesubstantieerd. Het had te dezen op de weg van [gedaagde 1] gelegen om de juistheid van (de inhoud van) voormelde aanhangsels puntsgewijs en zoveel mogelijk met stukken onderbouwd te weerleggen, en aan te geven hoeveel precies zij naar eigen zeggen ten laste van Prima Casa heeft verduisterd. Het nalaten daarvan komt en blijft voor rekening en risico van [gedaagde 1]. Dit één en ander klemt temeer omdat uit productie 3 bij het verzoekschrift blijkt dat Prima Casa de omvang van de door [gedaagde 1] gepleegde verduistering heeft laten onderzoeken door [naam accountskantoor] en [gedaagde 1] de deskundig- en betrouwbaarheid van dat accountantskantoor onvoldoende gemotiveerd heeft bestreden. Uit de enkele omstandigheid dat die accountant al jarenlang de huisaccountant is van Prima Casa zoals gesteld door [gedaagde 1] volgt zonder nadere doch ontbrekende uitleg niet dat sprake is van een onbetrouwbaar kantoor.
3.3
De slotsom luidt dat vast komt te staan dat [gedaagde 1] in totaal Afl. 381.130,44 ten laste van Prima Casa heeft verduisterd. Dat brengt mee dat de vordering van Prima Casa in hoofdsom ten titel van schadevergoeding uit onrechtmatige daad zal worden toegewezen, en zo ook de niet bestreden nevenvordering ter zake van wettelijke rente.
3.4 [
Gedaagde 1] zal, als de in het ongelijk gestelde partij, worden veroordeeld in de proceskosten van Prima Casa, waaronder begrepen die van het beslag. Die kosten worden tot aan deze uitspraak begroot op (3.710,-- + 199,90 + 520,55 + 187,90 =)
Afl. 4.618,35 aan verschotten (griffiegeld, oproepkosten, en beslagexplootkosten) en Afl. 12.000,-- aan gemachtigdensalaris (4 punten bij tarief 8, ad Afl. 3.000,-- per punt).

4.DE UITSPRAAK

Het Gerecht:
-veroordeelt [gedaagde 1] om ten titel van schadevergoeding uit onrechtmatige daad te betalen aan Prima Casa Afl. 381.130,44, te vermeerderen met wettelijke rente gerekend vanaf 28 december 2017 tot aan de dag der algehele voldoening;
-veroordeelt [gedaagde 1] in de kosten van deze procedure gevallen aan de zijde van Prima Casa, tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 4.618,35 aan verschotten en
Afl. 12.000,-- aan gemachtigdensalaris;
-verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.H.M. van de Leur, rechter, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 22 januari 2020 in tegenwoordigheid van de griffier.