Uitspraak
1.[Eiseres sub 1],
[Eiseres sub 2],
[Eiser sub 3],
[Eiseres sub 4],
[Eiser sub 5],
1.DE PROCEDURE
ende wederpartij uiterlijk de dag voor de zitting om 14:00 uur.
2.DE VASTSTAANDE FEITEN
Aruba sex offender, pedophile public registry” (hierna: ASOPPR) heeft [Gedaagde] op 23 en 26 juni 2020 posts geplaatst, met de voor partijen genoegzaam bekende inhoud. In die door [Eiseres] c.s. overgelegde posts wordt de naam van [overledene] niet genoemd. Voormelde post van 26 juni 2020 is ook geplaatst op de Facebookpagina van Aruba Memes.
3.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN
4.DE BEOORDELING
behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens landsverordening” en kan volgens het tweede lid van voormeld verdragsartikel slechts worden beperkt indien deze beperking bij de wet is voorzien en deze in een democratische samenleving noodzakelijk is, bijvoorbeeld ter bescherming van de goede naam of de rechten van anderen. Volgens vaste jurisprudentie van het EHRM komt dat er op neer dat de beperking ingegeven moet zijn door een “
pressing social need”, deze “
relevant and sufficient” en voorts “
proportionate to the legitimate aims persued” moet zijn. Van een beperking die in Aruba bij (formele) wet is voorzien is sprake wanneer de uitlatingen van [Gedaagde] onrechtmatig zijn in de zin van artikel 6:162 BWA.
information” or “
ideas” “
thatoffend, shock or disturb”; zie onder meer EHRM 8 juli 1999, Baskaya, NJ 2001, 62). In de rechtspraak is verder onderscheid gemaakt tussen feitelijke verklaringen en waardeoordelen. In zijn uitspraak van 11 juli 2006 in de zaak Brasilier heeft het EHRM overwogen dat feitelijke verklaringen die de persoonlijke levenssfeer van een ander in negatieve zin raken van een voldoende feitelijke grondslag moeten worden voorzien, om het onrechtmatige karakter daaraan te ontnemen, terwijl dat bij waardeoordelen niet geldt, zij het dat een waardeoordeel excessief kan worden bevonden indien daarvoor een onvoldoende feitelijke basis is (EHRM, 2 november 2006, Standard Verlag GmbH, par 55).
5.DE UITSPRAAK
Den e veredicto den caso summario di e huez di Corte di Porme Instancia di Aruba di fecha 19 augustus 2020, mi a wordo condena pa pone un rectificacion relatando na e acusacion cu mi a haci contra di [overledene] [Eiseres], esta cu e ta un abusador di mucha (un child molester). Huez a conclui cu pa e acusacion ey no tin base, y/o cu e acusacion aki ta un acto inhusto pasobra sin prueba e ta ataka e honor y e bon nomber y e memoria di [overledene] [Eiseres].”;