Uitspraak
N.V. ELMAR,
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze civiele procedure, aangespannen door N.V. Elmar tegen een gedaagde, heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 4 november 2020 uitspraak gedaan. De zaak betreft een schuldvordering van Elmar, die vordert dat de gedaagde een bedrag van Afl. 8.262,84 betaalt, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 11 juli 2018. De procedure is gestart met een tussenvonnis op 26 augustus 2020, waarin een comparitie van partijen is gelast, die op 21 september 2020 heeft plaatsgevonden. Tijdens deze zitting zijn beide partijen gehoord, waarbij Elmar werd vertegenwoordigd door haar advocaat, mr. A.I.N. Fräser, en de gedaagde in persoon aanwezig was.
Na de zitting hebben partijen geprobeerd om tot een onderlinge regeling te komen, maar dit is niet gelukt. Elmar heeft vervolgens om vonnis gevraagd. In de uitspraak heeft het Gerecht de vordering van Elmar toegewezen, waarbij het Gerecht volhardde in de overwegingen van het tussenvonnis. De gedaagde is veroordeeld tot betaling van het gevorderde bedrag, inclusief de wettelijke rente, en is ook veroordeeld in de proceskosten, die zijn begroot op Afl. 1.100,--. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat Elmar het vonnis kan laten uitvoeren, ook als de gedaagde in beroep gaat.
De uitspraak benadrukt de verplichtingen van de gedaagde en bevestigt de rechtsgeldigheid van de vordering van Elmar, die voortvloeit uit onbetaald gelaten stroomverbruik. Het Gerecht heeft geen verdere discussie gevoerd over de ontvangen aanmaningen, aangezien Elmar geen vergoeding voor buitengerechtelijke incassowerkzaamheden heeft verzocht. Dit vonnis is uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, wat de transparantie en rechtsgeldigheid van de uitspraak waarborgt.