Uitspraak
1.DE PROCEDURE
2.DE VASTSTAANDE FEITEN
- Ten eerste ontstaat het recht op cessantia pas bij het ontslag. Omdat uw arbeidsovereenkomst juist werd verlengd, was er geen sprake van ontslag en bestond er op dat moment (december 2015) in elk geval nog geen recht op cessantia.
- Verder is gerekend met de (ongekorte) AOV-uitkering voor alleenstaanden. In uw geval had conform de geldende jurisprudentie de helft van het bedrag voor gehuwden gehanteerd moeten worden.
- Bovendien wordt ten onrechte het totale pensioen, bestaande uit AOV en Fatum-pensioen, vergeleken met tweemaal de wettelijke AOV-uitkering. Deze vergelijking moet echter alleen toegepast worden bij een pensioenregeling waarbij een totaal pensioen wordt gegarandeerd en het bedrijfspensioen wordt bepaald door de werkelijke AOV-uitkering van het totale pensioen af te trekken. Het Fatum-pensioen van het HOH staat echter geheel los van de AOV-uitkering die de gepensioneerde werkelijk ontvangt. Bij zo’n pensioen is er alleen recht op cessantia indien het bedrijfspensioen lager is dan de wettelijke AOV-uitkering.
3.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN
4.DE BEOORDELING
het geldende wettelijke ouderdomspensioen”.
gerechtvaardigd vertrouwen” inhoudende dat zij erop heeft vertrouwd en erop heeft mogen vertrouwen dat de aan haar verstrekte informatie juist was, overweegt het Gerecht als volgt. Vast staat dat SZA op 15 december 2015 onjuiste informatie aan [naam verzoekster] heeft verstrekt, maar naar het oordeel van het Gerecht heeft [naam verzoekster] op bedoelde informatie niet mogen vertrouwen, nu die informatie in strijd was met de Clv, hetgeen Bennet wist of naar het oordeel van het Gerecht in elk geval behoorde te weten.