Uitspraak
1.DE PROCEDURE
- het verzoekschrift, ingediend op 28 augustus 2020;
- de producties van de man, ingediend op 23 november 2020;
- de producties zijdens de vrouw, ingediend op 26 november 2020,
- de mondelinge behandeling van 1 december 2020, waaruit blijkt dat zijn verschenen partijen in persoon en bijgestaan door hun gemachtigden
2.DE FEITEN
3.HET VERZOEK
4.DE BEOORDELING
de verdiencapaciteit van de man, van oordeel dat de man in staat moet worden geacht om met een bedrag van Afl. 950,- per maand bij te dragen in de kosten van verzorging en opvoeding van de minderjarige. Het verzoek tot wijziging van de vastgestelde kinderalimentatie zal derhalve worden afgewezen.
verdiencapaciteit van de manen rekening houdende met de vastgestelde kinderalimentatie en gelet op alle overige omstandigheden van dit geval, is het gerecht van oordeel dat de man ook in staat moet worden geacht om met een bedrag van (Afl. 3.600- minus Afl. 950,-) Afl. 2.650,- bij te dragen in het levensonderhoud van de vrouw. Voornoemde bijdrage acht het gerecht thans in overeenstemming met de wettelijke maatstaven. De ingangsdatum van deze wijziging zal worden bepaald op 1 februari 2020, zijnde de ingangsdatum van de BVVD zonder behoud van loon.
thans(gelet op de “covid situatie”) geheel in haar eigen behoefte kan voorzien.