ECLI:NL:OGEAA:2021:355

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
7 april 2021
Publicatiedatum
11 augustus 2021
Zaaknummer
540 van 2020
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Medeplegen van diefstal met geweld en bedreiging met geweld

In de strafzaak tegen de verdachte, geboren op [geboortedatum] in Aruba en thans gedetineerd, heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 7 april 2021 uitspraak gedaan. De verdachte werd beschuldigd van het medeplegen van diefstal met geweld en bedreiging met geweld, gepleegd op of omstreeks 12 augustus 2020. Tijdens de openbare terechtzitting op 17 maart 2021 was de verdachte aanwezig, bijgestaan door zijn raadsvrouw, mr. C.S. Edwards. De officier van justitie, mr. R.J. Wildeman, eiste een gevangenisstraf van drie jaren, waarvan één jaar voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren en bijzondere voorwaarden, waaronder therapie of behandeling. De raadsvrouw voerde verweer tegen de strafmaat.

Het Gerecht achtte wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte samen met anderen een gewapende overval heeft gepleegd op een supermarkt, waarbij geweld en bedreiging met geweld tegen de slachtoffers zijn gebruikt. De verdachte heeft een kasregister met een waarde tussen Afl. 500,-- en Afl. 1.000,-- en alcoholhoudende dranken weggenomen, waarbij de slachtoffers zijn bedreigd met messen. Het Gerecht oordeelde dat de verdachte strafbaar is voor het bewezen verklaarde feit, en dat er geen feiten of omstandigheden zijn die de strafbaarheid uitsluiten.

Bij de strafoplegging hield het Gerecht rekening met de ernst van het feit, de impact op de slachtoffers en de jeugdige leeftijd van de verdachte. De verdachte is voor het eerst in aanraking gekomen met de strafrechter en heeft openheid van zaken gegeven over zijn aandeel in het delict. Het Gerecht legde een gevangenisstraf van drie jaren op, waarvan één jaar voorwaardelijk, met de bijzondere voorwaarde dat de verdachte zich zal houden aan de aanwijzingen van de reclassering. Tevens werd de teruggave van in beslag genomen voorwerpen aan de verdachte gelast.

Uitspraak

Parketnummer: 2020/07586
Zaaknummer: 540 van 2020
Uitspraak: 7 april 2021 Tegenspraak

Vonnis van dit Gerecht

in de strafzaak tegen de verdachte:

[verdachte],

geboren op [geboortedatum] in Aruba,
wonende in Aruba,
thans gedetineerd in het huis van bewaring in Aruba.
Onderzoek van de zaak
Het onderzoek ter openbare terechtzitting heeft plaatsgevonden op 17 maart 2021. De verdachte is verschenen, bijgestaan door zijn raadsvrouw, mr. C.S. Edwards, advocaat in Aruba.
De officier van justitie, mr. R.J. Wildeman, heeft ter terechtzitting gevorderd dat het Gerecht het ten laste gelegde bewezen zal verklaren en de verdachte daarvoor zal veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van drie (3) jaren, met aftrek van voorarrest, waarvan één (1) jaar voorwaardelijk met een proeftijd van twee (2) jaren en als bijzondere voorwaarde zal vaststellen dat de verdachte zich zal gedragen naar de aanwijzingen van de reclassering, ook als dat inhoudt “therapie/behandeling”.
De raadsvrouw heeft een strafmaatverweer gevoerd.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd:
dat hij op of omstreeks 12 augustus 2020 in Aruba tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening onder meer heeft weggenomen een kasregister inhoudende ongeveer tussen Afl. 500,-- en Afl. 1.000,--, althans een hoeveelheid geld, en/of een (of meer) fles(sen) alcoholhoudende dranken, in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 1] en [slachtoffer 1], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of zijn mededader(s), hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld onder meer hierin bestond dat hij, verdachte, en/of zijn mededader(s):
- met bedekt(e) gezicht(en) en/of donker gekleed en/of voorzien van een (of meer) mes(sen) en/of een (of meer) kapmes(sen), [slachtoffer 1] met die mes(sen) en/of kapmes(sen) hebben bedreigd en/of (vervolgens)
- met bedekt(e) gezicht(en) en/of donker gekleed en/of voorzien van een (of meer) mes(sen) en/of een (of meer) kapmes(sen) [naam minimarket] is/zijn binnengegaan en tegen die [slachtoffer 1] heeft/hebben gezegd/geschreeuwd: “e luga ta bashi, esaki ta un atraco” en/of “nami tur bo plaka”, althans woorden van soortgelijke dreigende aard en/of strekking, en/of (vervolgens)
- met die [slachtoffer 1] heeft/hebben geworsteld en/of die [slachtoffer 1] met een mes bij haar duim gesneden.
Formele voorvragen
Het Gerecht stelt vast dat de dagvaarding geldig is, dat het bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het openbaar ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
Bewezenverklaring
Het Gerecht acht wettig en overtuigend bewezen hetgeen aan de verdachte is ten laste gelegd, met dien verstande:
dat hij op
of omstreeks12 augustus 2020 in Aruba tezamen en in vereniging met
een ander ofanderen
, althans alleen,met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening
onder meerheeft weggenomen een kasregister inhoudende
ongeveer tussen Afl. 500,-- en Afl. 1.000,--, althanseen hoeveelheid geld
,en
/of een (ofmeer
)fles
(sen
)alcoholhoudende dranken
, in elk geval enig(e) goed(eren),geheel
of ten deletoebehorende aan [slachtoffer 1],
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),welke diefstal werd voorafgegaan en
/ofvergezeld
en/of gevolgdvan geweld en
/ofbedreiging met geweld tegen [slachtoffer 1] en
/of[slachtoffer 1], gepleegd met het oogmerk om die diefstal
voor te bereiden en/ofgemakkelijk
erte maken
en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of zijn mededader(s), hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en
/ofwelke bedreiging met geweld
onder meerhierin bestond dat hij, verdachte, en/of
(een van)zijn mededader
(s
):
- met bedekt
(e)gezicht
(en)en
/ofdonker gekleed en
/ofvoorzien van een
(of meer) mes(sen) en/of een (of meer)kapmes
(sen),[slachtoffer 1] met
datdie mes(sen) en/ofkapmes
(sen)heefthebbenbedreigd en
/of (vervolgens)
- met bedekt
(e
)gezicht
(en
)en
/ofdonker gekleed en
/ofvoorzien van
een (of meer)mes
(sen
)en
/ofeen
(of meer)kapmes
(sen)[naam minimarket]
is/zijn binnengegaan en tegen die [slachtoffer 1]
heeft/hebben gezegd/geschreeuwd: “e luga ta bashi, esaki ta un atraco” en
/of“nami tur bo plaka”,
althans woorden van soortgelijke dreigende aard en/of strekking,en
/of (vervolgens
)
- met die [slachtoffer 1]
heeft/hebben geworsteld en
/ofdie [slachtoffer 1] met een mes bij haar duim
hebbengesneden.
Het Gerecht acht niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard, zodat hij daarvan zal worden vrijgesproken.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en schrijffouten of omissies zijn verbeterd; omwille van de leesbaarheid zijn ook wijzigingen aangebracht in de bewezenverklaring (
cursief). De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Bewijsmiddelen
Indien tegen dit verkorte vonnis hoger beroep wordt ingesteld, worden de door het Gerecht gebruikte bewijsmiddelen die redengevend zijn voor de bewezenverklaring opgenomen in een aanvulling op het vonnis. Deze aanvulling zal vervolgens aan het vonnis worden gehecht.
Strafbaarheid en kwalificatie van het bewezen verklaarde
Het bewezenverklaarde levert op:
Diefstal, vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijker te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen,
strafbaar gesteld bij artikel 2:291, eerste lid, juncto artikel 2:289, aanhef en onder a, van het Wetboek van Strafrecht van Aruba.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluiten.
Strafbaarheid van de verdachte
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluiten.
De verdachte is daarom strafbaar voor het hiervoor bewezen verklaarde.
Oplegging van straf en maatregel
De raadsvrouw heeft bepleit dat de verdachte, hoewel hij ten tijde van het plegen van het bewezenverklaarde feit reeds meerderjarig was, want achttien jaar oud, met toepassing van artikel 1:159 van het Wetboek van Strafrecht wordt berecht volgens het recht dat geldt voor jeugdigen.
Het Gerecht acht echter geen grond in de persoonlijkheid van de verdachte noch de omstandigheden waaronder het feit is begaan om het jeugdstrafrecht toe te passen.
Bij de bepaling van de op te leggen straf wordt gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezen verklaarde is begaan, op de mate waarin de gedraging aan de verdachte te verwijten is en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen. Daarbij wordt rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde in verhouding tot andere strafbare feiten, zoals die onder meer tot uitdrukking komt in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd.
De verdachte heeft samen met zijn mededaders een gewapende overval gepleegd op een supermarkt. Dit feit moet voor de slachtoffers een angstige en schokkende ervaring zijn geweest. Slachtoffers van dergelijke feiten kunnen nog langdurig de (psychische) gevolgen hiervan ondervinden. Verder veroorzaken feiten zoals deze niet alleen gevoelens van angst bij de directe slachtoffers, maar versterken zij ook de gevoelens van onveiligheid in de samenleving.
Naar het oordeel van het Gerecht kan gelet op de ernst van het bewezen verklaarde niet worden volstaan met een andere of lichtere sanctie dan een straf die een onvoorwaardelijke vrijheidsbeneming met zich brengt.
In het voordeel van de verdachte houdt het Gerecht rekening met de jeugdige leeftijd van de verdachte en het feit dat de verdachte nooit eerder voor het plegen van strafbare feiten is veroordeeld.
Het Gerecht houdt ook in het voordeel van de verdachte rekening met het feit dat hij openheid van zaken heeft gegeven met betrekking tot zijn aandeel en die van de mededaders. Verder houdt het Gerecht rekening met verdachtes processuele houding waaruit blijkt dat hij inzicht heeft in de ernst van het gepleegde feit.
Het Gerecht is, na dit een en ander te hebben afgewogen, tot de slotsom gekomen dat een gevangenisstraf van na te noemen duur straf passend en geboden is. De verdachte zal daartoe dan ook worden veroordeeld.
Het Gerecht zal een deel van deze straf voorwaardelijk opleggen teneinde de verdachte in te scherpen zich gedurende de proeftijd niet weer aan een misdrijf schuldig te maken.
In beslag genomen voorwerpen
Aan de orde zijn voorts de onder de verdachte in beslag genomen en nog niet teruggegeven voorwerpen.
De in beslag genomen voorwerpen behoren toe aan de verdachte. Het Gerecht zal de teruggave daarvan aan de verdachte gelasten, nu deze voorwerpen niet vatbaar zijn voor verbeurdverklaring dan wel onttrekking aan het verkeer.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
De op te leggen straf en maatregel zijn, behalve op de reeds aangehaalde wettelijke voorschriften, gegrond op de artikelen 1:19, 1:20, 1:21, 1:22 en 1:62 van het Wetboek van Strafrecht van Aruba, zoals deze luidde(n) ten tijde van het bewezen verklaarde.

BESLISSING

Het Gerecht:
verklaart wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde feit, zoals hiervoor bewezen geacht, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
kwalificeert het bewezen verklaarde als hiervoor omschreven;
verklaart het bewezen verklaarde strafbaar en de verdachte daarvoor strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de
drie (3) jaren;
beveelt dat de tijd die door de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht;
bepaalt dat een gedeelte van deze straf, groot
één (1) jaar, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd, welke hierbij wordt bepaald op
twee (2) jaren,aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of gedurende die proeftijd de hierna te melden bijzondere voorwaarde niet heeft nageleefd;
als bijzondere voorwaarde wordt gesteld dat de verdachte zich gedurende de proeftijd zal gedragen naar de voorschriften en aanwijzingen, te geven door of namens de Stichting Reclassering Aruba, zulks zolang deze instelling dat gedurende de proeftijd nodig oordeelt, ook als dat inhoudt het volgen van therapie/behandeling;
gelast de teruggave van de onder de verdachte inbeslaggenomen voorwerpen aan de verdachte.
Dit vonnis is gewezen door de rechter mr. E.M.D. Angela, bijgestaan door mw. M. V. Alvarez, (zittingsgriffier), en op 7 april 2021 in tegenwoordigheid van de griffier uitgesproken ter openbare terechtzitting van het Gerecht in Aruba.
uitspraakgriffier: