ECLI:NL:OGEAA:2021:428

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
1 september 2021
Publicatiedatum
18 oktober 2021
Zaaknummer
AUA202001727
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • A.H.M. van de Leur
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Schadevergoeding na aanrijding met total loss auto

In deze civiele zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, vordert eiser schadevergoeding van gedaagde na een aanrijding op 10 juni 2018. Eiser stelt dat zijn auto total loss is verklaard en vordert een bedrag van Afl. 4.509,--, vermeerderd met wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten. Gedaagde heeft een schuldbekentenis getekend, maar betwist de hoogte van de vordering en stelt dat deze onder druk is ondertekend. Het Gerecht oordeelt dat de schuldbekentenis niet rechtsgeldig is, omdat de noodzakelijke rechtshandeling ontbreekt. Het rapport dat de schade aan de auto vaststelt, is pas meer dan een half jaar na het ongeval opgemaakt, wat twijfels oproept over de betrouwbaarheid van het schadebedrag. Uiteindelijk wordt de vordering van eiser toegewezen tot Afl. 3.635,08, vermeerderd met wettelijke rente en een vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten van Afl. 375,--. Gedaagde wordt veroordeeld in de proceskosten en krijgt verlof tot kosteloos procederen. Het vonnis is uitgesproken op 1 september 2021.

Uitspraak

Vonnis van 1 september 2021
Behorend bij B.B. no. AUA202001727
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS in de zaak van:
[eiser],
wonende in Aruba, te [adres],
eiser,
hierna ook te noemen: [eiser],
procederend in persoon,
tegen:
[gedaagde],
wonende in Aruba, te [adres],
gedaagde,
hierna ook te noemen: [gedaagde],
gemachtigde: de advocaat mr. C.S. Edwards.

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
-het verzoekschrift, met producties;
-de conclusie van antwoord, met producties;
-de tegen [eiser] verleende akte van niet dienen van repliek.
1.2
Vonnis is nader bepaald op heden.

2.DE FEITEN

2.1
Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend dan wel niet of onvoldoende bestreden alsmede op grond van overgelegde producties voor zover niet of onvoldoende bestreden staat onder meer het volgende vast tussen partijen.
2.2 [
gedaagde] heeft op 10 juni 2018 met de door haar bestuurde auto een aanrijding veroorzaakt, als gevolg waarvan de auto van [eiser] (hierna: de auto) werd beschadigd (hierna: het ongeval).
2.3 [
eiser] heeft met betrekking tot de auto een schaderapport overgelegd, opgemaakt op 14 januari 2019. Volgens dat rapport is de auto total loss en bedraagt de “
total loss final settlement” Afl. 4.350,--, terwijl de kosten voor het opmaken van het rapport Afl. 159,-- bedragen.
2.4 [
gedaagde] is bij deurwaardersexploot van 29 oktober 2019 gesommeerd om aan [eiser] in hoofdsom te betalen Afl. 4.509,--, alsmede tot betaling aan [eiser] van Afl. 719,50 aan incassokosten en Afl. 53,19 aan kantoorkosten.
2.5 [
gedaagde] heeft op 10 januari 2020 ten kantore van deurwaarder Roos ten behoeve van [eiser] een schuldbekentenis getekend goed voor in totaal Afl. 5.556,14, bestaande uit de volgende posten: hoofdsom Afl. 4.509,--; incassokosten Afl. 719,50; overige kosten Afl. 303,45 en rente Afl. 24,45.
2.6 [
gedaagde] heeft in totaal Afl. 196,25 betaald aan [eiser] ten titel van schadevergoeding.

3.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

3.1 [
eiser] vordert dat het Gerecht bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad:
a. [gedaagde] veroordeelt om aan [eiser] te betalen Afl. 4.509,--, te vermeerderen met (1) wettelijke rente gerekend vanaf 6 november 2019 en (2) met 15% aan vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten;
b. [gedaagde] veroordeelt in de kosten van deze procedure.
3.2 [
gedaagde] voert verweer en concludeert in geval van toewijzing van het door [eiser] verzochte tot matiging van het in hoofdsom gevorderde bedrag tot niet meer dan Afl. 3.831,33, alsmede tot matiging dan wel tot afwijzing van de door [eiser] gevorderde incassokosten en proceskosten.
3.3
Voorzover van belang voor de uitspraak worden de stellingen van partijen hierna besproken.

4.DE BEOORDELING

4.1
Bij gelegenheid van antwoord heeft [gedaagde] onbestreden gesteld dat zij de schuldbekentis onder enorme druk van de deurwaarder heeft ondertekend, terwijl - zo begrijpt het Gerecht - haar wil niet overeenstemde met de inhoud daarvan, meer in het bijzonder niet wat betreft de daarin vermelde bedragen. Die vaststaande stelling brengt met zich dat de schuldbekentenis op de voet van artikel 3:33 BW niet tot stand is gekomen, nu de noodzakelijke rechtshandeling van [gedaagde] voor de totstandkoming van die schuldbekentis ontbreekt, terwijl niet door [eiser] is gesteld dat hij er gerechtvaardigd op mocht vertrouwen dat die rechtshandeling wel was verricht door [gedaagde].
4.2 [
gedaagde] heeft verder onbestreden gesteld dat het rapport eerst meer dan een half jaar na het ongeval is opgemaakt, en dat mede daarom getwijfeld moet worden aan de betrouwbaarheid van met name het in het rapport weergeven schadebedrag ad Afl. 4.350,--. In het licht daarvan stelt [gedaagde] verder dat als de inhoud van het schaderapport wel door het Gerecht in aanmerking wordt genomen voor de vaststelling van de omvang van de schade aan de auto, het in dat rapport vermelde daadwerkelijke bedrag ad Afl. 3.831,33 bepalend is. Het Gerecht zal aldus beslissen, nu niet door [gedaagde] is gesteld dat het rapport wat dit lagere bedrag betreft niet juist is. Dit klemt temeer omdat [gedaagde] niet heeft gesteld dat de daadwerkelijke schade aan de auto als gevolg van het ongeval lager dan Afl. 3.831,33 bedraagt. De vordering van [eiser] in hoofdsom zal in zoverre worden toegewezen, te vermeerderen met wettelijke rente zoals onbestreden door [eiser] verzocht, te verminderen met het reeds door [gedaagde] betaalde bedrag ad Afl. 196,25
4.3
Ter zake van de door [eiser] verzochte vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten wordt het volgende overwogen. Naar het oordeel van het Gerecht heeft [eiser] meer buitengerechtelijke incassowerkzaamheden verricht dan die waarin artikel 63a Rv voorziet. [eiser] mocht die werkzaamheden redelijkerwijze verrichten, en het te dezen krachtens het Procesreglement forfaitair vastgestelde bedrag ad Afl. 375,-- (1,5 punten, tarief 2 ad Afl. 250,-- per punt) aan vergoeding is ook redelijk. In zoverre zal de vordering van [eiser] op dit onderdeel worden toegewezen.
4.4 [
gedaagde] zal, als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij, worden veroordeeld in de kosten van deze procedure gevallen aan de zijde van [eiser], tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 50,-- aan verschotten (griffiegeld). Er worden geen punten van het liquidatietarief toegekend omdat [eiser] in deze procedure niet werd bijgestaan door een door het Hof toegelaten beroepsmatig optredende gemachtigde.
4.5
Uit het door [gedaagde] overgelegde bewijs van onvermogen blijkt dat zij niet in staat is de kosten van deze procedure te dragen. Aan haar zal daarom verlof tot kosteloos procederen worden verleend.

5.DE UITSPRAAK

Het Gerecht:
-veroordeelt [gedaagde] om aan [eiser] ten titel van schadevergoeding te betalen
(3.831,33 minus 196,25 =) Afl. 3.635,08, te vermeerderen met (1) wettelijke rente gerekend vanaf 6 november 2019 tot aan de dag der algehele voldoening en (2) met Afl. 375,-- aan vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten;
-veroordeelt [gedaagde] in de kosten van deze procedure gevallen aan de zijde van [eiser], tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 50,--;
-verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
-wijst af het meer of anders door [eiser] verzochte;
-verleent verlof aan [gedaagde] tot kosteloos procederen.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.H.M. van de Leur, rechter, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 1 september 2021 in tegenwoordigheid van de griffier.
Datum uitspraak: 1 september 2021
Instantie: Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Zaaknummer: ARBB nr. AUA202001727
Inhoudsindicatie: civiel, aanrijding, schadevergoeding.
Formele relaties (optioneel):
Rechtsgebieden: Civiel
Rechter: mr. A.H.M. van de Leur
Bijzondere kenmerken: