Uitspraak
1.DE PROCEDURE
- het inleidend verzoekschrift d.d. 27 december 2019;
- de conclusie van antwoord d.d. 27 mei 2020;
- de conclusie van repliek d.d. 24 juni 2020;
- de conclusie van dupliek d.d. 30 september 2020 tevens verzoek om pleidooi;
- de akte uitlating producties d.d. 28 oktober 2020.
2.DE VASTSTAANDE FEITEN
3.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN
4.DE BEOORDELING
Kromjongh/Van Dijk). Welke mate van zorgvuldigheid van de opdrachtnemer in een concrete situatie mag worden verwacht, hangt af van de aard van de opdracht en de omstandigheden van het geval. De norm die aldus in artikel 7:401 BW is neergelegd, brengt dus niet mee dat een opdrachtnemer zonder meer aansprakelijk is voor schade die tijdens de uitvoering van de opdracht is ontstaan. Het is aan [eiseres], die aan haar vordering ten grondslag legt dat Maduro in de nakoming van de overeenkomst is tekortgeschoten, om voldoende feiten en omstandigheden te stellen waaruit volgt dat Maduro de vereiste zorgvuldigheid niet in acht heeft genomen. Met inachtneming van de toepasselijke norm oordeelt het gerecht als volgt ten aanzien van het in nummer 4.2 geformuleerde geschil tussen partijen.