ECLI:NL:OGEAA:2021:587

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
14 december 2021
Publicatiedatum
22 december 2021
Zaaknummer
AUA202102817
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
  • M.E.B. de Haseth
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding van de arbeidsovereenkomst van een Security Supervisor wegens diefstal van een TITO-ticket

In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 14 december 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen Boulevard Casino Corporation N.V. en een voormalige werknemer, aangeduid als [naam verweerder]. De werknemer was op staande voet ontslagen wegens het ongeoorloofd meenemen van een TITO-ticket, dat door een klant in een gokautomaat was achtergelaten. Het ticket had een waarde van USD 300,76. De werknemer, die sinds 2001 in dienst was bij Boulevard, had de verantwoordelijkheid om de protocollen van het casino na te leven, waaronder het veiligstellen van gevonden voorwerpen. Tijdens de mondelinge behandeling heeft de werknemer verklaard dat hij onder druk stond van een bedreiging en dat hij het ticket had meegenomen uit paniek. Het Gerecht heeft echter geoordeeld dat de werknemer op de hoogte was van de regels en dat zijn handelen een ernstige schending van het vertrouwen betekende. De rechter heeft vastgesteld dat er sprake was van een dringende reden voor ontslag en dat de arbeidsovereenkomst terecht is ontbonden. De werknemer is veroordeeld in de proceskosten van Boulevard, die zijn vastgesteld op Afl. 4.664,-. De uitspraak benadrukt het belang van integriteit en naleving van protocollen in de casino-industrie, vooral voor personeel in een leidinggevende functie.

Uitspraak

Beschikking van 14 december 2021
Behorend bij E.J. nr. AUA202102817
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
in de zaak van:
de naamloze vennootschap
Boulevard Casino Corporation N.V.,
gevestigd te Aruba,
verzoekster,
hierna ook te noemen: Boulevard,
gemachtigde: de advocaat mr. A.E. Barrios,
tegen
[Verweerder],
wonend in Aruba,
verweerder,
hierna ook te noemen: [naam verweerder],
gemachtigde: de advocaat mr. D.G. Croes.

1.DE PROCEDURE

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift met producties, ingediend op de griffie op 27 september 2021;
  • de pleitaantekeningen van [naam verweerder];
  • de mondelinge behandeling van 19 november 2021.
1.2.
Aan partijen is meegedeeld dat vandaag beschikking zal worden gewezen.

2.DE VASTSTAANDE FEITEN

2.1. [
[naam verweerder] (49 jaar) is op 24 december 2001 in dienst getreden bij Boulevard. Hij werkte hier laatst in de functie van Security Supervisor, tegen een salaris van Afl. 3.796,65 per maand. In de functiebeschrijving van Security Supervisor is onder meer het volgende opgenomen:
Specific Responsibilities:

Ensures the faithful compliance of policies, principles and procedures of the Crystal and Seaport Casino. (…)

Provides security and protection of Casino property, guests, patrons & employees. (…)

Responsible for delivering and safeguarding all lost and found items to the concerning department.”
2.2.
In het werknemershandboek van Boulevard, waarvan [naam verweerder] een exemplaar heeft ontvangen, is onder meer het volgende bepaald:
LOST AND FOUND
If you should find an item left behind in any area of the casino, turn it in to your department head / shift manager immediately. The item will be tagged, logged and returned to the owner. If we are unable to return the item to its owner, it will be returned to the finder after a pre-determined period, depending on the value of the item.”
2.3.
In de ‘Expectations Guide’ van Boulevard is verder het volgende bepaald:
NEGATIVE ACTIONS THAT UNDERMINE THE PURPOSE AND VALUES
6.1.3.
Theft
Wind Creek Hospitality uses all of its assets, including its machines, food and other supplies, buildings, furniture, and equipment to deliver its Purpose and provide a personalized experience for the guest. Theft by a team member undermines the organization's capacity to live the Purpose. Theft also undermines trust, and a lack of trust damages the relationship between Wind Creek Hospitality and its team members. When trust is damaged, commitment suffers and the whole. (…) Theft is thus considered one of the most serious offenses requiring disciplinary action. Discipline will be based on the principle of theft, not merely on the value of the stolen asset. Wind Creek Hospitality realizes that each circumstance is different and will, therefore, evaluate each incident of theft to ensure that every reasonable doubt surrounding the situation is removed before termination of a team member occurs. Theft is considered to be of a very serious nature, and even a first offense generally results in termination. (…)
Please note that theft is not necessarily the 'criminal' act of theft but involves all actions of unauthorized removal or storage of company property, the property of customers or Team members, including aiding another employee in the unauthorized removal or storage of company property, the property of customers or of other Team Members. In this light, violations of the 'lost and found' procedures will also be considered as theft.
Disciplinary Steps - Generally
Action 1 – Termination”
2.4.
Op 5 december 2020 was [naam verweerder] vanaf 18.00 uur werkzaam in het casino. Een klant van het casino heeft daar rond 18.45 uur een zogenoemd TITO-ticket in een gokautomaat achtergelaten. Dit betreft een geprint ticket, waarmee een speler het door hem gewonnen bedrag kan incasseren bij de kassa. Het achtergelaten TITO-ticket gaf recht op uitbetaling van een bedrag van USD 300,76. [naam verweerder] is hierop geattendeerd door een ondergeschikte collega, [X] (hierna: [X]). Vervolgens heeft [naam verweerder] rond 19.00 uur het TITO-ticket uit het gokautomaat genomen. Hij heeft dit ticket vervolgens aan zijn ex-stiefzoon gegeven, die het ticket de daaropvolgende dag, 6 december 2020, heeft laten uitbetalen.
2.5.
Op 7 december 2020 heeft de klant die het bewuste TITO-ticket heeft achtergelaten, hiervan melding gemaakt bij Boulevard. Boulevard heeft daarop een onderzoek ingesteld. In het kader van dit onderzoek heeft [Z], Security Manager (hierna: [Z]), contact opgenomen met [naam verweerder], aangezien die werkzaam was ten tijde van het incident. [naam verweerder] heeft daarop in eerste instantie gezegd dat hij het ticket had gekregen van [X] en dat hij het heeft doorgegeven aan een persoon die zei dat het ticket van hem was. Na doorvragen van [Z] heeft [naam verweerder] gezegd dat hij het ticket aan een bekende heeft gegeven. [Z] heeft [naam verweerder] daarop uitgenodigd voor een gesprek de volgende ochtend, 8 december 2020 om 10.00 uur.
2.6.
Tijdens het gesprek op 8 december 2020 heeft [naam verweerder] gemeld dat hij per ongeluk drugs ter waarde van USD 300,- had weggegooid en dat de eigenaar van die drugs onder bedreiging betaling van dat bedrag eiste. [naam verweerder] heeft verklaard dat hij onder de druk daarvan het TITO-ticket heeft meegenomen en aan een derde heeft gegeven. Na confrontatie met videobeelden van het voorval heeft [naam verweerder] erkend dat deze derde persoon zijn ex-stiefzoon betreft. Na afloop van dit gesprek is [naam verweerder] geschorst.
2.7.
Per 9 december 2020 is [naam verweerder] op staande voet ontslagen. Aan hem is daarvan ook een schriftelijke bevestiging meegegeven, waarin onder meer het volgende is vermeld:
“Management of Boulevard Casino Corporation N.V., hereby informs you that the working agreement with you has been terminated effective immediately as of today December 9, 2020 for the urgent reason of violation of the lost and found procedure and unauthorized removal of customer property.
You were suspended with pay on Tuesday, December 8, 2020, pending our investigation in relation to the incident as described below. We have concluded our investigation and hereby inform you as follows.
On December 7, 2020 a Casino customer reported a lost TITO slip to Casino Management which started an investigation into the matter.
As per the footages generated by our Surveillance department, on Saturday December 5, 2020, during your work shift at 6:58 pm, you took out a TITO slip from a slot machine which a Casino customer left behind. You as Supervisor of the Casino Security Team on duty for this work shift did not report this TITO slip at the Surveillance department nor handed this TITO slip at the Players Services, which action is a violation of the company procedure.
On December 7, 2020 you were asked by your Manager to present at work on December 8, 2020 to give an explanation of what occurred with the TITO slip on December 5, 2020 in which conversation you have confessed to your Manager that you took the TITO slip gave it to another Casino customer (personally acquainted to you) who cashed out this TITO slip and that you took the cash which was the amount of US$ 300.76, The reason you gave to your Manager for this action was that you had personal issues.
Your behavior as described above, is considered a serious violation of your duties as a Supervisor. As a supervisor, you are to enforce our rules and regulations.
Management of Boulevard Casino Corporation N.V., considers this completely unacceptable and it has caused Management to lose all confidence in you.
Management of Boulevard Casino Corporation N.V., hereby informs you that you are terminated effective immediately as per today, December 9, 2020.”
2.8. [
[naam verweerder] is in april 2021 een procedure gestart tegen Boulevard, waarin hij doorbetaling van zijn loon vordert en zich daarbij op het standpunt stelt dat geen sprake is van een terecht gegeven ontslag op staande voet. Behoudens tegenbericht zal op 11 januari 2022 uitspraak worden gedaan in die zaak.

3.HET GESCHIL

3.1.
Boulevard heeft verzocht om de arbeidsovereenkomst tussen partijen, indien en voor zover bij rechterlijke uitspraak mocht blijken dat die nog bestaat, met onmiddellijke ingang, dan wel op een door het Gerecht te bepalen tijdstip, te ontbinden, zonder toekenning van een vergoeding aan [naam verweerder], met veroordeling van [naam verweerder] in de proceskosten.
3.2.
Boulevard baseert haar verzoek op het volgende. [naam verweerder] heeft door zijn handelen op 5 december 2020 de geldende protocollen ernstig overtreden. Elk gevonden voorwerp, ongeacht de waarde daarvan, moet namelijk worden veiliggesteld en gerapporteerd. Naleving van deze regels is voor Boulevard heel belangrijk. Alle werknemers weten dat ook. [naam verweerder] heeft door deze schending daarom het vertrouwen ernstig geschonden en voortzetting van de arbeidsovereenkomst is per direct onhoudbaar geworden. Dit geldt temeer omdat [naam verweerder] een voorbeeldfunctie bekleed als Supervisor, en zelf ook moet toezien op naleving van die protocollen door zijn ondergeschikten. Er is daarom primair sprake van een dringende reden zoals bedoeld in artikel 7:677 BW, en subsidiair van veranderingen in de omstandigheden waardoor de arbeidsovereenkomst billijkheidshalve behoort te eindigen (artikel 7:685 lid 2 BW). Voor het geval in de loondoorbetalingsprocedure wordt geoordeeld dat de arbeidsovereenkomst tussen partijen niet is geëindigd, dient de overeenkomst daarom alsnog te worden ontbonden (artikel 7:685 lid 1 BW).
3.3. [
[naam verweerder] heeft het verzoek van Boulevard betwist en voert daartoe het volgende aan. [naam verweerder] had per ongeluk een zak cannabis ter waarde van USD 300,- weggegooid. De eigenaar van de drugs dreigde dat hij hem zou neersteken als [naam verweerder] geen USD 300,- aan hem zou betalen. [naam verweerder] was hierdoor in paniek. De vondst van het TITO-ticket zag hij als uitweg. Hoewel hij wist dat er overal camera’s hingen dacht hij niet aan de gevolgen, maar alleen aan zijn veiligheid. Bij de eerste confrontatie hiermee door [Z] heeft [naam verweerder] uit schaamte gelogen, maar later heeft hij alles opgebiecht. De arbeidsovereenkomst met [naam verweerder] moet daarom worden voortgezet. Daarbij moeten ook de omstandigheden worden meegewogen dat [naam verweerder] al 19 jaar voor Boulevard werkt, dat hij 49 jaar oud is en dat hij zijn verblijfstitel mogelijk kwijtraakt door dit ontslag.

4.DE BEOORDELING

4.1.
Op grond van artikel 7:685 BW is ieder van de partijen te allen tijde bevoegd zich tot de rechter te wenden met het verzoek om de arbeidsovereenkomst wegens gewichtige redenen te ontbinden. De rechter kan een dergelijk verzoek slechts inwilligen als zij zich ervan heeft vergewist dat het verzoek geen verband houdt met een opzegverbod of een ander verbod tot opzegging van de arbeidsovereenkomst. Dat van dergelijke verboden sprake is, is gesteld noch gebleken. Daarom dient beoordeeld te worden of zich gewichtige redenen in vorenbedoelde zin voordoen.
4.2.
Als gewichtige redenen voor ontbinding van de arbeidsovereenkomst kunnen worden beschouwd omstandigheden die een dringende reden in de zin van artikel 7:677 lid 1 BW vormen, en veranderingen in de omstandigheden die van dien aard zijn dat de arbeidsovereenkomst billijkheidshalve dadelijk of na korte tijd behoort te eindigen (artikel 7:685 lid 2 BW). Uit artikel 7:678 lid 1 BW volgt dat als een dringende reden worden beschouwd: zodanige daden, eigenschappen of gedragingen van de werknemer die ten gevolge hebben dat van de werkgever redelijkerwijs niet kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. Dringende reden kunnen zich onder andere voordoen wanneer een werknemer zich schuldig maakt aan diefstal of wanneer hij grovelijk zijn plichten veronachtzaamd (artikel 7:678 lid 2 sub d en k BW). Uit vaste rechtspraak volgt dat voor de beoordeling van de vraag of van een dringende reden sprake is, alle omstandigheden van het geval, in onderling verband en samenhang, in aanmerking genomen moeten worden.
4.3.
Boulevard stelt dat het handelen van [naam verweerder] op 5 tot 8 december 2020 kwalificeert als zo’n dringende reden. In dat kader wordt het volgende overwogen. Er is in deze procedure geen discussie over dat het wegnemen van het TITO-ticket door [naam verweerder] een ernstige overtreding vormt van de protocollen van Boulevard. [naam verweerder] heeft ook niet betwist dat hij op de hoogte was van deze protocollen en dat hij wist dat een strikte naleving daarvan voor Boulevard van belang is. In het handboek is bovendien expliciet bepaald dat dergelijk handelen kwalificeert als diefstal en dat dit in beginsel leidt tot ontslag, ook bij een eerste bekende overtreding (r.o. 2.3). Het Gerecht overweegt dat Boulevard ook alle belang heeft bij deze regels en een strikte naleving ervan. Het casino betreft immers een fraudegevoelige werkomgeving met veel stromen van contant geld en waarde-items. Boulevard moet er dus op kunnen vertrouwen dat haar werknemers zeer integer en gedisciplineerd handelen. Dit geldt in versterkte mate voor het beveiligingspersoneel, nu dat personeel zelf dient toe te zien op de veiligheid van de eigendommen van Boulevard en haar gasten. Dit geldt vervolgens in nog grotere mate voor supervisors van het beveiligingspersoneel, nu zij een voorbeeldfunctie hebben en erop moeten toezien dat hun ondergeschikten de protocollen naleven. Het handelen van [naam verweerder] maakt een grove inbreuk op de protocollen en is door Boulevard dan in beginsel ook terecht aangemerkt als een dringende reden (artikel 7:678 lid 2 sub d en k BW), temeer gezien de aanzienlijke waarde van het TITO-ticket.
4.4. [
[naam verweerder] heeft in zijn verweer gewezen op persoonlijke omstandigheden die volgens hem moeten leiden tot afwijking van dit uitgangspunt. Hij heeft daarbij gewezen op de aanleiding van het voorval en de gevolgen van het ontslag. Ten aanzien van de aanleiding stelt het Gerecht voorop dat [naam verweerder] die niet heeft onderbouwd. Hij heeft geen feiten of omstandigheden aangevoerd aan de hand waarvan zijn uitleg kan worden geverifieerd. Echter, zelfs als vast zou staan dat hij op 5 december 2020 met de dood bedreigd werd, dan leidt dit nog niet tot de conclusie dat een dringende reden ontbreekt. Het had in die situatie namelijk op [naam verweerder]s weg gelegen om zijn leidinggevenden van die bedreiging op de hoogte te stellen. Als hij hieraan, zoals door hem aangevoerd, wegens paniek niet heeft gedacht, had tenminste van hem verwacht mogen worden dat hij direct, of zeer kort na het laten incasseren van het geld zijn daad had ‘opgebiecht’ aan zijn leidinggevenden. Op dat moment had immers de ergste paniek geweken moeten zijn en had [naam verweerder] zich kunnen bezinnen en beseffen dat hij zijn boekje ernstig te buiten was gegaan.
4.5.
Het tegendeel is echter gebleken. [naam verweerder] heeft zowel voorafgaand aan als na het betreffende voorval geen initiatief genomen om het incident te bespreken, maar heeft dit volledig verzwegen. Hij heeft vervolgens zelfs in eerste instantie nog een aantoonbaar valse verklaring afgelegd. Pas nadat hij geconfronteerd is met de camerabeelden heeft hij volledige openheid van zaken gegeven. In die omstandigheden kan de gestelde aanleiding, voor zover die al zou kunnen worden gevolgd, niet leiden tot een ander oordeel.
4.6.
Hetzelfde geldt voor de door [naam verweerder] aangevoerde gevolgen van het ontslag. Ondanks het lange dienstverband van [naam verweerder], zijn leeftijd en het mogelijke verlies van zijn verblijfsvergunning kan van Boulevard niet worden verwacht dat zij [naam verweerder] weer te werk stelt in het casino, gezien de grove overtreding en de daardoor veroorzaakte vertrouwensbreuk. Deze grote gevolgen heeft [naam verweerder] door zijn handelen zelf op het spel gezet en die komen daarom ook voor zijn risico.
4.7.
Op grond van het voorgaande zal de arbeidsovereenkomst tussen partijen, voor zover die nog bestaat, worden ontbonden wegens gewichtige redenen, namelijk een dringende reden (artikel 7:685 jo 677 en 678 BW).
4.8.
Als de in het ongelijk gestelde partij wordt [naam verweerder] veroordeeld in de proceskosten, die tot aan deze uitspraak aan de zijde van Boulevard worden vastgesteld op Afl. 450,- aan griffierecht, Afl. 214,- aan oproepingskosten en Afl. 4.000,- aan salaris voor de gemachtigde (2 punten à Afl. 2.000,-).

5.DE UITSPRAAK

Het Gerecht:
ontbindt de arbeidsovereenkomst tussen partijen, voor zover in een gerechtelijke uitspraak wordt geoordeeld dat die nog bestaat, met ingang van vandaag, 14 december 2021;
veroordeelt [naam verweerder] in de proceskosten, tot aan deze uitspraak aan de zijde van Boulevard vastgesteld op Afl. 450,- aan griffierecht, Afl. 214,- aan oproepingskosten en Afl. 4.000,- aan salaris voor de gemachtigde;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. M.E.B. de Haseth, rechter, en werd in het openbaar uitgesproken op 14 december 2021, in aanwezigheid van de griffier.
Datum uitspraak: 14 december 2021
Instantie: Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Zaaknummer: EJ nr. AUA202102817
Inhoudsindicatie: Ontbinding arbeidsovereenkomst
Formele relaties (optioneel):
Rechtsgebieden: Civiel, arbeidsrecht
Rechter: mr. M.E.B. de Haseth
Bijzondere kenmerken: