ECLI:NL:OGEAA:2021:630

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
15 december 2021
Publicatiedatum
10 januari 2022
Zaaknummer
AUA202101907
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • A.H.M. van de Leur
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geldvordering in conventie toegewezen en in reconventie afgewezen tussen Aruba Discount Marine en Sienna Watersport N.V.

In deze zaak, die voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba is behandeld, heeft Aruba Discount Marine (Budget Marine) een geldvordering ingesteld tegen Sienna Watersport N.V. (Sienna). De procedure begon met een tussenvonnis op 13 oktober 2021, waarna een comparitie van partijen plaatsvond op 8 november 2021. Tijdens deze zitting hebben beide partijen hun standpunten toegelicht. Budget Marine vorderde een betaling van Afl. 913,20 van Sienna, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 19 oktober 2020. Sienna voerde verweer en vroeg in reconventie om een betaling van Afl. 2.038,91 van Budget Marine.

Het Gerecht heeft in zijn vonnis van 15 december 2021 geoordeeld dat de vordering van Budget Marine in conventie toewijsbaar is, aangezien Sienna niet voldoende verweer heeft gevoerd tegen de gevorderde hoofdsom en wettelijke rente. Sienna werd veroordeeld tot betaling van het gevorderde bedrag, plus de proceskosten van Budget Marine, die zijn begroot op Afl. 250,--. In reconventie heeft het Gerecht de vordering van Sienna afgewezen, omdat zij niet in staat was om haar stellingen te onderbouwen met bewijs. Sienna werd ook veroordeeld in de proceskosten van Budget Marine in de reconventionele procedure, begroot op Afl. 375,--. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

Vonnis van 15 december 2021
Behorend bij A.R.B.B. nr. AUA202101907
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in de zaak van:
de naamloze vennootschap
ARUBA DISCOUNT MARINE,
h.o.d.n.
BUDGET MARINE ARUBA,
gevestigd in Aruba,
eiseres in conventie, verweerster in reconventie,
hierna ook te noemen: Budget Marine,
gemachtigde: de advocaat mr. D.G. Kock,
tegen:
de naamloze vennootschap
SIENNA WATERSPORT N.V.,
gevestigd in Aruba,
gedaagde in conventie, eiseres in reconventie,
hierna ook te noemen: Sienna,
vertegenwoordigers: de heer [naam directeur] (directeur) en mevrouw [naam procuratiehouder] (procuratiehouder).

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure tot 13 oktober 2021 blijkt uit het tussenvonnis van dit Gerecht van die datum. De bij dat vonnis gelaste comparitie van partijen heeft plaatsgevonden op maandag 8 november 2021. Ter zitting zijn verschenen: Budget Marine bij haar gemachtigde samen met de heer [naam directeur van Budget] (directeur van Budget Marine) en Sienna bij mevrouw [naam procuratiehouder van Sienna] (procuratiehouder van Sienna). Partijen hebben over en weer het woord gevoerd, en hebben gereageerd of kunnen reageren op elkaars stellingen. Budget Marine heeft tijdig geconcludeerd voor antwoord in reconventie.
1.2
Vonnis is bepaald op heden.

2.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

in conventie

2.1
Budget Marine vordert dat het Gerecht bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad Sienna veroordeelt:
a. om aan Budget Marine te betalen Afl. 913,20, te vermeerderen met wettelijke rente gerekend vanaf 19 oktober 2020 tot aan de dag der algehele voldoening;
b. in de proceskosten.
2.2
Sienna voert verweer dat strekt tot afwijzing van het door Budget Marine verzochte, kosten rechtens.
in reconventie
2.3
Sienna vordert dat het Gerecht bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad Budget Marine veroordeelt:
i. om aan Sienna te betalen Afl. 2.038,91;
ii. in de proceskosten.
2.4
Budget Marine voert verweer en concludeert onder meer tot afwijzing van het door Sienna verzochte, uitvoerbaar bij voorraad te verklaren kosten rechtens.
in conventie en in reconventie
2.5
Voorzover van belang voor de uitkomsten van deze procedures worden de stellingen van partijen hierna (verder) besproken.

3.DE VERDERE BEOORDELING

in conventie

3.1
Het Gerecht volhardt in zijn in het tussenvonnis neergelegde overwegingen en beslissingen.
3.2
Krachtens rechtsoverweging 2.8 van het tussenvonnis zal de hiervoor onder a. omschreven vordering van Budget Marine worden toegewezen. De nevenvordering van Budget Marine ter zake van wettelijke rente over de hoofdsom zal, als zijnde niet door Sienna bestreden, worden toegewezen als na te melden.
3.3
Sienna zal, als de in het ongelijk gestelde partij, worden verwezen in de kosten van deze conventionele procedure gevallen aan de zijde van Budget Marine, tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 100,-- aan verschotten (griffiegeld) en Afl. 150,-- aan salaris voor de gemachtigde (1,5 punten, tarief 2 ad Afl. 100,-- per punt). Hierbij wordt nog overwogen dat met betrekking tot de gehouden comparitie van partijen een half punt wordt toegerekend aan de conventionele procedure, en een half punt wordt toegerekend aan de reconventionele procedure.
in reconventie
3.4
Sienna grondt haar reconventionele vordering op de stelling dat zij in verband met de aankoop van 2 buitenboordmotoren bij Budget Marine met Budget Marine ten behoeve van die koop een financieringsovereenkomst heeft gesloten, krachtens welke Sienna Afl. 63.155,66 verschuldigd was aan Budget Marine, terug te betalen door middel van een eenmalige aanbetaling en het dan nog resterende bedrag in 24 maandelijkse termijnbetalingen aanvangende vanaf november 2017(hierna: de overeenkomst). Artikel 2 van de overeenkomst luidt als volgt: “
In geval van vervroegde betaling heeft de koper recht op een aftrek, berekend naar vijf ten honderd per jaar over het vervroegd betaalde termijnbedrag.”. Nu de laatste betaling is verricht in december 2018, ofwel ruim 10 maanden vroegtijdig, is Budget Marine krachtens de overeenkomst het in hoofdsom door Sienna gevorderde bedrag verschuldigd aan Sienna, aldus telkens Sienna.
3.5
Budget Marine heeft voormelde stellingen van Sienna gemotiveerd bestreden, daartoe stellende dat Sienna bedoelde buitenboordmotoren niet bij haar maar bij Island Marine Supply N.V. heeft gekocht en dat Budget Marine geen enkele financieringsovereenkomst heeft gesloten met Sienna. Dat gemotiveerde verweer brengt met zich dat voormelde stellingen van Sienna niet vast staan. Die stellingen komen in deze procedure ook niet vast te staan, nu Sienna om voor haar moverende redenen geen bewijslevering heeft aangeboden. Dit één en ander brengt met zich dat de reconventionele vordering van Sienna, als zijnde ongegrond, zal worden afgewezen.
3.6
Sienna zal, als de in het ongelijk gesteld partij, worden verwezen in de reconventionele proceskosten van Budget Marine, tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 375,-- aan salaris voor de gemachtigde (1,5 punten, tarief 2 ad Afl. 250,-- per punt).

4.DE UITSPRAAK

Het Gerecht:
in conventie
-veroordeelt Sienna om aan Budget Marine te betalen Afl. 913,20, te vermeerderen met wettelijke rente gerekend vanaf 19 oktober 2020 tot aan de dag der algehele voldoening;
-veroordeelt Sienna in de kosten van deze conventionele procedure gevallen aan de zijde van Budget Marine, tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 250,--;
in reconventie
-wijst af het door Sienna verzochte;
-veroordeelt Sienna in de kosten van deze reconventionele procedure gevallen aan de zijde van Budget Marine, tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 375,--;
in conventie en in reconventie
-verklaart voormelde veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.H.M. van de Leur, rechter, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 15 december 2021 in aanwezigheid van de griffier.