Uitspraak
1.DE PROCEDURE
2.HET BEROEP
Afl. 2.250,-”, kosten rechtens.
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze huurcommissiezaak heeft appellante, een huiseigenaar in Aruba, beroep ingesteld tegen een beschikking van de huurcommissie. De huurcommissie had bepaald dat de geïntimeerde, de huurder, een huurachterstand moest inlopen door maandelijks een bedrag te betalen. Appellante verzocht de rechter om de beschikking te vernietigen en het bedrag aan verschuldigde huurpenningen te verhogen. De procedure begon met een beroepschrift dat op 31 augustus 2020 werd ingediend, na ontvangst van de beschikking op 20 augustus 2020. De mondelinge behandeling vond plaats op 8 december 2020, waarbij beide partijen in persoon verschenen.
De rechter oordeelde dat het beroep tijdig was ingesteld, maar dat appellante geen belang meer had bij de vernietiging van de beschikking, aangezien de huurder het gehuurde per 1 oktober 2020 had verlaten. Appellante wilde de beschikking wijzigen om een hoger bedrag aan huurachterstand te kunnen innen, maar de rechter stelde vast dat de uitspraak geen titel opleverde voor betaling door de huurder. Daarom werd het beroep van appellante ongegrond verklaard en werd zij veroordeeld in de proceskosten, die op nihil werden begroot omdat de huurder zonder professionele rechtshulp had geprocedeerd.
De uitspraak werd gedaan door mr. A.H.M. van de Leur op 19 januari 2021, en de beschikking werd in het openbaar uitgesproken. De zaak betreft civiel recht en is geregistreerd onder zaaknummer AUA202002102.