In deze civiele procedure, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, is op 9 februari 2022 een vonnis uitgesproken in de zaak tussen [eiser] en [gedaagde]. De procedure betreft de benoeming van een deskundige om de bouwkosten van een muur te begroten, die in 2014 is opgetrokken. De eiser heeft één deskundige voorgesteld, terwijl de gedaagde twee andere deskundigen heeft aangedragen. Aangezien partijen geen overeenstemming hebben bereikt over de benoeming, heeft het Gerecht besloten om architect [naam architect] van Taxatiebureau [naam taxatiebureau] als deskundige aan te stellen.
De deskundige heeft aangegeven dat hij Afl. 250,-- in rekening zal brengen voor zijn werkzaamheden, en dat de gedaagde dit bedrag als voorschot onder de griffier van het Gerecht dient te storten. De deskundige moet uiterlijk op 16 maart 2022 zijn bevindingen indienen, en de gedaagde moet ervoor zorgen dat het voorschot tijdig wordt gestort, anders kan de deskundige zijn werkzaamheden niet aanvangen. Het Gerecht heeft verder bepaald dat partijen de gelegenheid krijgen om zich uit te laten over de inhoud van het rapport van de deskundige, en heeft iedere verdere beslissing aangehouden.
Dit vonnis is uitgesproken ter openbare terechtzitting van 9 februari 2022, waarbij de rechter mr. A.H.M. van de Leur aanwezig was, samen met de griffier. De zaak betreft een civiele procedure waarin de partijen betrokken zijn bij een geschil over de kosten van de bouw van een scheidsmuur tussen hun percelen.