ECLI:NL:OGEAA:2022:247
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M.E.B. de Haseth
- Rechtspraak.nl
Tijdigheid bezwaar in bestuursrechtelijke procedure
In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, gaat het om de tijdigheid van een bezwaar dat door de appellante, de Minister van Arbeid, Energie en Integratie, is ingediend. De appellante had op 3 maart 2021 bezwaar aangetekend tegen een afwijzende beschikking van 19 januari 2021. De verweerder verklaarde het bezwaar niet-ontvankelijk, omdat het bezwaar te laat was ingediend. De appellante betoogde dat zij het bezwaar binnen de gestelde termijn had ingediend, maar het gerecht oordeelde dat de bezwaartermijn was ingegaan op 20 januari 2021 en eindigde op 2 maart 2021. Het bezwaarschrift, dat op 3 maart 2021 was ingediend, was dus te laat. Het gerecht concludeerde dat er geen redenen waren om de termijnoverschrijding verschoonbaar te achten. De uitspraak werd gedaan op 28 maart 2022, waarbij het beroep ongegrond werd verklaard. De rechter gaf ook instructies voor het indienen van een hoger beroep, inclusief het verschuldigde griffierecht van Afl. 75.