ECLI:NL:OGEAA:2022:469
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A.H.M. van de Leur
- Rechtspraak.nl
Verbod op collectieve acties door werknemers van Arubus met betrekking tot aankondigingstermijn
In deze zaak, die op 5 oktober 2022 door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba is behandeld, vorderde de naamloze vennootschap Compania Arubiano di Bus N.V. (Arubus) een verbod op collectieve acties door de vereniging [NAAM VERENIGING]. Arubus stelde dat deze acties, waaronder werkonderbrekingen en stakingen, niet konden plaatsvinden zonder een schriftelijke aankondiging van minimaal 72 uur voorafgaand aan de actie. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 30 augustus 2022 was ingediend, gevolgd door een mondelinge behandeling op 15 september 2022. Tijdens de zitting voerden beide partijen hun standpunten aan, waarbij Arubus haar eis wijzigde zonder dat [NAAM VERENIGING] bezwaar maakte.
Het Gerecht oordeelde dat er geen gronden waren om Arubus niet-ontvankelijk te verklaren in haar vordering. Het spoedeisend belang van Arubus werd erkend, en het Gerecht concludeerde dat de vordering van Arubus in een eventuele bodemprocedure een kans van slagen had. Het Gerecht benadrukte dat de verhoudingen tussen Arubus en [NAAM VERENIGING] beheerst worden door redelijkheid en billijkheid, en dat het algemeen Arubaans belang niet uit het oog mag worden verloren.
Uiteindelijk oordeelde het Gerecht dat [NAAM VERENIGING] verplicht was om collectieve acties minimaal 72 uur van tevoren schriftelijk aan Arubus aan te kondigen. Het Gerecht legde een dwangsom op van Afl. 25.000,-- voor iedere overtreding van dit verbod, met een maximum van Afl. 250.000,--. [NAAM VERENIGING] werd ook veroordeeld in de proceskosten, die op Afl. 2.176,65 werden begroot. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.