In deze zaak, die op 7 december 2022 door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba is behandeld, vorderde eiser, vertegenwoordigd door de advocaten D.G. Illes en E.M.J. Cafarzuza, dat het vonnis in de plaats zou treden van alle door gedaagde te verrichten rechtshandelingen ter realisering van de levering van een perceel eigendomsgrond. Eiser had op 24 februari 2021 een koopovereenkomst gesloten met gedaagde, waarbij gedaagde het perceel had verkocht aan eiser. Eiser had de koopsom van Afl. 40.000,00 voldaan, maar gedaagde weigerde het perceel te leveren, ondanks een eerder vonnis van 22 september 2021 waarin gedaagde was veroordeeld tot levering van het perceel aan eiser. Dit vonnis was inmiddels onherroepelijk geworden en uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Eiser stelde dat hij door het nalaten van gedaagde niet in staat was om zijn recht te effectueren en vorderde daarom dat het Gerecht zou bepalen dat het huidige vonnis in de plaats treedt van de benodigde rechtshandelingen door gedaagde. Gedaagde voerde verweer, maar het Gerecht oordeelde dat er geen feiten of omstandigheden waren die de weigering van gedaagde om te voldoen aan het eerdere vonnis konden rechtvaardigen. Het Gerecht besloot dat het vonnis uitvoerbaar bij voorraad werd verklaard en dat gedaagde in de proceskosten werd veroordeeld.